Sidor som bilder
PDF
ePub

Alfred Woltmann, Holbeins Doodendans. Handschrift. 20 blzz. 4o. Hollandsche vertaling van een artikel in Berth. Auerbachs Volkskalender für 1866. Van de hand des Heeren Reichelt.

Hetzelfde in brouillon. 16 blz. 4o. van dezelfde hand.

Verhandeling over de Doodendansen.

Onvoltooid handschrift van de hand des Heeren Reichelt. 37 deels beschreven, deels onbeschreven blzz. in folio.

Uitvoerige kritische beschrijving der uitgave van: Les Images de la Mort. Lyon, Johan Frellon, 1562, 80. (Zie hieronder blz. 552.) Handschrift. 30 blzz. 40., van de hand des Heeren Reichelt. Beschrijving van: La grande Danse Macabre etc. Paris, Baillieu. (1862.) 40. Handschrift, 1 blz. 40., van de hand des Heeren Reichelt.

B. HANS HOLBEIN EN ZIJNE WERKEN.

a. Over Holbein.

Hans Holbein der Jüngere von Ulrich Hegner.
Meisters Bildnisse. | Berlin, bei G. Reimer.
VIII+ 374 blzz. + het portret.

:

Mit des

1827. | 8o.

De laatste blz. is abusivelijk gepagineerd: 174. Hierbij een door den Heer Reichelt geschreven uittreksel uit The Illustrated London News van 22 Aug. 1863. 4 blz. 8°.

Hans Holbein der jüngere, in seinem Verhältniss | zum deutschen Formschnittwesen. Von | C. Fr. v. Rumohr. | Die Herzogin. [*]. | Leipzig, | In der Anstalt für Kunst und Literatur. (R. Weigel.) | 1836. | 8o. IV + (128) blzz. Auf Veranlassung und in Erwiederung | von Einwürfen eines Sachkundigen gegen die Schrift: | Hans Holbein der jüngere | in seinem Verhältniss zum deutschen Formschnittwesen, von | C. Fr. Rumohr. Leipzig, in der Anstalt für Kunst und Literatur (R. Weigel). | Lübeck, v. Rohderische Buchhandlung. | 1836. | 8o. (38) blzz.

V.

Holbein's Geburtsjahr. | Kritische Beleuchtung der von dem neuesten Biographen Holbein's gefundenen Resultate. Von Herman Grimm. Berlin, | Ferd. Dümmler's Verlagsbuchhandlung | Harrwitz und Gossman | 1867. | 8o. 26 blzz.

Holbein und seine Zeit. | Von | Dr. Alfred Woltmann. | Erster Theil. | Mit 31 Holzschnitten und einer Photolithographie. | [] | Leipzig, Verlag von E. A. Seeman. | 1866. 8o. XVI +376 blzz. Van de 31 op den titel vermelde houtsneden zijn 5 in den tekst gedrukt.

Holbein [...] | Privatdocenten der Kunstgeschichte an der Kgl. | Universität zu Berlin. Zweiter Theil. Mit Holzschnitten. [8] 1868. XX + 496 blzz.

Van de 32 houtsneden, welke in dit deel voorkomen, zijn 9 op afzonderlijke bladen, de overige in den tekst gedrukt.

b. Doodendansen.

(Oorspronkelijke uitgaven;

[ocr errors]

Kopyen en Nabootsingen: in

hout, in koper, op steen; - Navolgingen.)

Imagines de morte, et epi- grāmata, è Gallico idiomate à Georgio Aemylio in Latinu translata. | [] | His accesservnt, Medicina animae, tam iis qui firma, quàm qui aduersa corporis valetudine præditi sunt, maximè necessaria. Ratio consolandi ob morbi grauitatem | periculosè decumbentes. | D. Cæcilii Cypriani episcopi Carthaginensis, sermo de Mortalitate. D. Chrysostomi Patriarchæ Costantinopolitani, de Patietia, & Consummatione huius seculi, de secundo Aduentu Domini, deq; æternis Iustoru gaudiis, & | Maloru pœnis, de Silētio, & aliis homi- ni christiano valde necessariis, sermo. [] Lvgdvni | Sub scuto Coloniensi, apud Ioannem & Franciscum Frellonios, fratres. 1542 | 8°. 87 ongenommerde bll. Sign. (A1)-(L 7).

Keerzijde onbedrukt. Achteraan: Lugduni, | Excudebant Ioan- | nes & Franciscus Frellonii, fratres. | 1542 |

3de druk van de uitgave met tekst, met 41 houtsneden, voorstellende:

1. De schepping van Eva. (De plaat zon- 22. De Priester.

der breuk.)

2. Adam en Eva in het paradijs.

3. Verdrijving uit het paradijs.

4. Adam bebouwt de aarde.

5. Het doodenconcert.

6. De Paus.

7. De Keizer.

8. De Koning.

9. De Kardinaal. 10. De Keizerin.

11. De Koningin.
12. De Bisschop.
13. De Hertog.
14. De Abt.
15. De Abdis.

16. De Edelman.

17. De Domheer.

18. De Regter. 19. De Advokaat.

20. De Raadsheer.

21. De Prediker.

[blocks in formation]

Elke plaat heeft boven een bijbeltekst in 't Latijn, beneden een vierregelig Latijnsch vers, met uitzondering van No. 23, 24, 27, 31, 33, 34, 40 en 41, waarvan de verzen uit 6 regels bestaan.

Massm., S. 13, No. 3. Langlois, II, p. 113, No. 4.

Simolachri, historie e fi- gure de la

Vn

morte. | La medicina de L'anima Il modo, e la via di consolar gl'inferni. Sermone di San Cipriano, de la mortalità. | Due orationi, l'vna à Dio, e l'altra à Christo. | Vn Sermone di S. Giouan chrisostomo, che ci essor- | ta à patienza. | Aiuntoui di nuouo molte figure mai piu stampate. | [] | In Lyone appresso | Giovan Frellone, M. D. XLIX. 80. 112 ongenommerde bll. Sign. (A1)-(08).

Keerzijde onbedrukt. Achteraan het drukkersmerk, even als op den titel, doch in grooteren vorm en in een cirkelrand. 10de druk van de uitgave met den tekst, met 53 afbeeldingen, voorstellende:

1-39, als boven; doch pl. I met de 47. De Kreupele bedelaar.

breuk, die echter naauwelijks merk- 48. Een Kind met schild en spies.

baar is.

40. De Soldaat. 41. De Spelers.

42. De Dronkaards.

43. De Nar.

44. De Struikroover.

45. De Blinde man.

46. De Voerman.

49. Drie Kinderen, op de jagt gaande.

50. Vier met druivenranken bekranste Kinderen, dragende een vijfde, dat dronken is.

51. Drie Kinderen, met krijgstrofeeën. 52. Het Laatste Oordeel.

53. Het Wapen des Doods.

Elke plaat heeft boven een bijbelvers in 't Italiaansch, beneden een vierregelig Italiaansch vers.

Douce (1833), p. 107, No. VII. Massm., S. 19, No. 10. Langlois, II, p. 114, No. 12, waar 58 pl." waarschijnlijk eene drukfout is.

Icones mortis, | Dvodecim. Imaginibus præter priores, totidémque inscriptionibus, præter epi- grammata è Gallicis à Georgio Emy lio in Latinum versa, cumulatæ. | Qvae his addita sunt, sequens pagina commonstrabit. | Basileae, | 1554. | 80. 88 ongenommerde bll. Sign. (A 1)—(L 8).

Op de keerzijde van den titel: Index eorum, quæ his Mortis Ima- . ginibus accesserunt. Medicina Animae, tam ijs, qui firma, | quàm qui aduersa corporis ualetudine prædi- | ti sunt, maximè necessaria. | Paraclesis ad periculosè decumbentes. D. Caecilii Cypriani episcopi Car- thaginensis, sermo de Mortalitate. | Oratio ad Devm, apud ægrotum dum in- | uisitur, dicenda. | Oratio ad Christvm in graui morbo | dicenda. | D. Chrysostomi Patriarchæ Constantinopolitani, de Patientia, & consummatione | huius secula, de secundo Aduentu Domini, déq. | æternis Iustorum gaudiis, & Malorum pœnis, de silentio, & alijs homini Christiano ualde | necessarijs, Sermo.

11de druk, met de zelfde houtsneden als de voorgaande. De breuk in pl. I is duidelijk zigtbaar. Alle boven- en onderschriften als in de hierboven vermelde uitgave van 1542 (zie blz. 550). Ook de 12 platen, die deze uitgave meer bevat, hebben boven een bijbelvers en beneden een vierregelig Latijnsch vers. Douce (1833), p. 188, No. VIII. Massm., S. 20, No. 11. Langlois, II, p. 115, No. 17.

Les Images de la Mort, | Auxquelles sont adioustees | dixsept figures. Davantage | La Medecine de l'Ame. | La Consolation des Malades. Vn Sermon de Mortalité, par Saint Cyprian. Vn Sermon de Patience, par Saint Jehan Chrysostome. [] | A Lyon, | par Iehan Frellon. 1562.80. 106 ongenommerde bll. Sign. (Â 1)—(N 8). *)

Keerzijde onbedrukt. Achteraan: A Lyon | Par Symphorien | Barbier. | 12de en laatste oorspronkelijke uitgave met 58 houtsneden, die in dit exemplaar in de volgende orde voorkomen:

1-36 als in de vroegere uitgaven. De breuk in No. 1 is naauwelijks merkbaar. 37. Een Knaap, die door vele anderen op eene baar wordt gedragen, vergezeld door andere knapen met krijgstrofeeën. 38. Eene Jonkvrouw, die weenende deu Dood volgt, die haar met de regterhand vasthoudt, terwijl hij, met de linkerhand in de zijde, al dansend voorthuppelt. Een jongeling, die op de mandoline speelt, gaat hen vooraf. 39. Een Jongeling in zwierige kleeding volgt den Dood, die op eene fluit blaast en, met gescheurde laarzen aan de voeten, vooruit danst.

45

[ocr errors]

anderen, met krijgswapenen, vergezel

len hem.

41-44 gelijk 37-40 der vorige uitgave. gelijk 44 idem (de Struikroover), maar met het boven- en onderschrift, die bij de Spelers behooren.

46

48

en 47 gelijk 42 en 43 der vorige uitgave.

gelijk No. 41 der vorige uitgave (de Spelers), maar met het boven- en onderschrift der Struikroovers. 49-57 gelijk 45-53 der vorige uitgave. 58, voorkomende op de keerzijde van blad

D 7, tusschen de voorrede en den tekst van La Medecine de l'Ame, stelt eene Groep Kinderen voor met blaasinstrumenten en trom.

40. Eene Groep Kinderen, waarvan één
te paard zit en een vaandel zwaait; de
Iedere houtsnede heeft boven een bijbelvers in 't Fransch en beneden een vierregelig
versje in de zelfde taal.

Douce (1833), p. 108, No. IX. Massm., S. 21, No. 12. Langlois, II, p. 114,
N. 15.

Bij dit exemplaar is gevoegd eene uitvoerige aanteekening van de hand des Heeren
Reichelt, 8 blzz. in 4°., gedat. 17 Febr. en 21 Maart 1866, waarin hij o. a.
betoogt, dat de 12 voorstellingen, waarmede de 5e tot 11e uitgave, alsmede
de 5, waarmede daarenboven de 12e uitgave vermeerderd is, niet van Holbein
zijn. Tevens tracht hij te verklaren, wat tot die vermeerderingen aanleiding gaf.

Imagines mortis. His accesservnt, | epigrammata, è Gallico idiomata à Georgio Aemylio in Latinum translata. | Et Erasmi Roterod. liber De præparatio- | ne ad Mortem | Qvae his addita sunt, sequens pagina demonstrabit. | [] | Coloniae | Apud hæredes Arnoldi Birckmanni. | Anno 1555. | 8o. 115 ongenommerde bll. Sign. (A 1)~(P 3).

*) Terwijl al de signaturen van 2 tot 5 genommerd ziju, heeft vel C daarenboven twee blaadjes, genommerd C 6 en C 7 en in dit exemplaar geplaatst tusschen C 4 en C 5.

Keerzijde des titels: Index eorum, quæ his Mortis Ima- | ginibus accesserunt. | D. Caecilii Cypriani Episcopi | Carthaginensis, Sermo de Immorta- | litate. | Oratio ad Devm, apud ægrotu, dum inuisitur, dicenda. | Oratio ad Christvm in graui mor bo dicenda. | D. Chrysostomi Patriarchæ Con- | stantinopolitani, de Patientia, & consummatione huius seculi, de secundo Aduen | tu Domini, déq; æternis Iustorum gau- | diis, & malorum pœnis, de Silentio, & alijs, homini Christiano valde necessa- | rijs, Sermo. | D. Eras. Roterodami in genere consola- | toria Declamatio de Morte. | Bevat 53 houtsneden, waarvan eenige eene A, eene wier beenen tot eene S is omgekruld, tot graveursmerk hebben, zijnde het monogram, volgens sommigen, van Antonio Silvio of Silvio Antonio, volgens anderen van A. Saillart. Deze houtsneden, grooter dan de oorspronkelijke, bevatten de zelfde voorstellingen en komen voor in de zelfde orde als die b. v. in de hierboven voorkomende uitgave van 1554, doch in eene omgekeerde rigting en met vele veranderingen. Boven- en onderschriften zijn mede de zelfde.

Douce (1833), p. 113, No. V. Massm., S. 35, N°. 2. Langlois, II p,. 118, No. 35. Imagines mortis | etc.

Een ander exemplaar van de zelfde nitgave. De houtsneden zijn er over 't algemeen fraaijer afgedrukt.

Imagines mortis. His accesservnt Epigrammata, e Gallico idiomate à Georgio Aemyleo in Latinum translata. | Ad haec, | Medicina animae, tam iis, qui fir- | ma, quàm qui aduersa corporis valetu- dine præditi sunt, maximè necessaria. Quae his addita sunt, sequens pagina | demonstrabit. | [] | Coloniae | Apud hæredes Arnoldi Birckmanni. | Anno 1557. | 80. 99 ongenommerde bll. Sign. (A 1)-N 3.

Keerzijde: Index eorum, quæ his Mortis Ima- | ginibus accesserunt. | Paraclesis ad periculose decumben | tes. | D. Caecilii Cypriani Episcopi | Carthaginensis, Sermo de Immortalitate. | Oratio ad Devm, apud ægrotū, dum inuisitur, dicenda. | Oratio ad Christvm in graui mor | bo dicenda. | D. Chrysostomi Patriarchæ Con- stantinopolitani, de Patientia, & cosum | matione huius seculi, de secudo Aduentu Domini, déq; æternis Iustorum gau- dijs, & malorum pœnis, de Silentio, & alijs, homini Christiano valde necessarijs, Sermo. |

Met de zelfde houtsneden als in de voorgaande uitgave.

Massm., S. 36, No. 3. Langlois, II, p. 118, No. 36.

Imagines Mortis etc.

Een ander exemplaar van de zelfde uitgave, waaraan echter blad C 1 en D 2, derhalve 4 houtsneden ontbreken.

Der Todten- dantz, durch alle Stende | vnnd Geschlecht der Men. schen, darin- | nen jhr herkomen vnd ende, nichtigkeit | vnd sterbligkeit als in eim Spiegel | zu beschawen, fürgebildet, | vnd mit schönen Figuren gezie- | ret. |* | Mit sampt der heylsamen Artzney der Se- | len, Item zweyen schönen Sermonen, die erst S. Cypriani vom sterbe, die ander | S. Chrysostomi von der gedult, Noch ettliche schöne trö- | stung dero so krank vn in todts nö- | ten ligen. | (:) | Im Jar M. D. L vij. | 80. Bl. 1-32 (ongenommerd). Sign. (A 1)-(D 8). De Artzney der Selen enz. ontbreekt in dit exemplaar.

[ocr errors]
« FöregåendeFortsätt »