Sidor som bilder
PDF
ePub
[blocks in formation]

*It tafte juft like chip in porridge, Het maakt als een leere lap, bet heeft gebeel geen Smaak.

*He fits on Horfe-back as a chip upon a Block, Hy sit te paerd als een kikkert op een kluit. Orange-chips, Oranje fnippers. a Chip ax, Een diffel. to CHIP, Tot Spaanders maaken. To chip with an ax, Rediffelen, Spaanders bakken.

To chip bread, De korft van 't brood affnipperen. Chipped, Tot fpaanders gemaakt. Chipping, Spaander maaking. Chippings of bread, Dunne korftjes van brood. ➡CHIROGRAPH,een Handfchrift. →The Chirographer of fines, De

griffier van geldboeten. CHIROLOGY, De kunft om met tékenen door de vingers en banden gemaakt zyne meening te doen verstaan, bandfpreekkunde. CHIROMANCER, Een bandwaar zegger, bandkyker. CHIROMANCY, Handwarrzeggery, bandkykery, bandkykkunde, goedergelukzegging. Chiromantical, Dat de bandkykery betreft.

to CHIRP [as a bird,] Tjilpen,

kirren.

Chin-cloth, Een lapje linnen, om de to Chirp [as a cricket,] Zingen als

Tanden fcboon te maaken.

CHINA-ware, Porcelyn.
China-fhop, Porcelein winkel.
China-ware house, een Pakhuis voor

Porcelein.

a China-man', (that keeps a china fhop) Porcelein-kooper.

a China-woman, Een porcelein verkoopfter.

a China-orange, een Cinaas appel. CHINE, Het ruggraat.

a Chine of beef, Een lendenftuk offenvleefch.

a Chine of pork, Een rugftuk of, Krabbetje van 't Varken. to CHINE, De lenden knakken. CHINK, Een fcheur, fpleet, kloove. Chink, [money] Klein geld. to CHINK, Klieven, fplyten, fcheuren, klinken. Chinked, Gefpleeten.

Great CHINNED, 'Groot van kin. CHINTS, Sjitfen of Chitfen. CHIP, Een paander, Spaantje. ta Chip of the old blok, Een aartje naar zyn vaartje. ·

een krekel.

[merged small][ocr errors][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors]
[merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors]

1

CHO.

nefs, Zich overaazen, door gulzig eeten.

To choke up a pipe, Een pyP
of buis verstoppen.

A port choked up with fands,
Een Haven die door bet zand,
opgestopt is.
Choked, Vertikt.

To be choked for want of drink,
Verftikken of verfmachten van
dorft.

Choke-pear, Een kroppende peer, een

brok om aan te verstikken, of die niet te verzwelgen is.

* He gave him a notable chokepear, Hy gaf bem een barde

brok om te verduwen. Choking, Verftikking,

kende.

CHOLER, De gal, oploopendbeid.

[ocr errors]

verftik

toorn,

Black choler, De zwarte gal. To be in choler, Toornig zyn. If I do but fee him, he raises iny choler, Ik kan bem niet zien, zonder kwaad te worden. Cholerick, Oploopend, baaflig,toornig. to CHOOSE, Verkiezen, kiezen,

zie Chufe.

CHOP, Een bouw, keep.

A chip of mutton, Een ftuk Schaape-vleefcb.

CHOPS, 't Bakkus.

His chops are always going, Zyn
mond gaat geftadig.
4t To fet one's chops a watering,
Iemands tanden doen wateren.
His chops are greafy, or his chops
Thine with greafe, Het vet
Loopt bem langs de kin.
To give one a flap on the chops,
Iemand een klap in 't Aanzigt
geeven.

The chops of the British Chan-
nel, De mond van het Britsche
Kansal.

CHO. CHR.

As he was digging, he chopt his
fpade upon a pot of money, Ter-
wyl by aan 't graven was, ftiet
by met zyn fchop tegens een pot
met geld.

To chop off, Afkappen.
Will you chop with me? Wilt gy
met my ruilen?
Chop-church, een Kerk-ruiling, ge-
lyk de Predikanten in Engeland
fomtyds doen.

The wind chops about, De wind
loopt om.

Chopped (or Chopped off,) Gekapt,
afgekapt.
Chopping, Hakking, kapping,
bakkende.

a Chopping off, Afkapping.
a Chopping knife, Een bakmes.
a Chopping-boy, Een luftige
een
jongen, een klouwer van een
jongen.
CHORAL, Tot eene zangrei beboo-

rende.

CHORISTER, een Zangmeester.
CHOROGRAPHY, Plaatsbefcbry-

ving, landbefchryving.
CHORUS, (in a play) De rei [in
een toneelspel.]

I CHOSE, Ik koos, ik verkoor, van
to Chufe.

Hy

He chose rather to return,
wilde liever weerom keeren.
Chofen, Gekoozen, verkooren, uit-
verkooren.
CHOUGH, een Kaauw, [zékere
vogel.]
CHOWSE, Een ful, flechthoofd,
een pots.
to CHOWSE, Foppen, loeren, een
pots Speelen.

Chowfed, Gefopt.

to CHOWTER, Morren, greumelen.
That child does nothing but chow-
ter, Het kind doet niet anders
dan kreunen.

The chops of a vice, De bek van Chowtering, Kreuning.
een febroef.

to CHOP, Kappen, bakken,

Ruilen, ruilebuiten.

It To chop logick with one, Met
iemand redentwisten.

1 ! Unealy Appetites chop at eve-
ry thing that carries the face
of pleasure, Al wat een gedaan-
te Dan weelde beeft, maakt de
angeregelde luften gaande.
To chop at a thing, lets aan-
grypen, vasthouden.
To chop in, or into (for to Pop in)
a Room, In een kamer fluipen.

CHR.
CHRISMATORY, De H. Oli-bus.
CHRISME, De H. Oli.
CHRISOM,Een doopluijer, doopkleed.
CHRISOM, een Kraamkindtje.
A. In the Bills of mortality thofe

are called CHRISOMS that die
within the month of Birth,be..
caufe during that time they
ufe to wear the Chrifom cloth,
In de weekelykfebe Lyft der doo-
den worden de kinderen die bin-
nen de maand na bun geboorte
komen te sterven, CHRISOMS

genaamd, om dat ze geduurende
dien tyd bet doopkleed plegen te
draagen.
CHRISOM Calf, Een kalf geflagt
eer het ééne maand oud is.
CHRISOMS, Kinderen geftorven eer
zy ééne maand oud zyn.
CHRIST, Chriftus. De gezégende
Zaligmaaker.

CHRISTS, or Crifs-croff-row, Het

A, B, C bord, zo genaamt om dat 'er in England doorgaans een kruis op getekend wordt, Christus-kruis-rei.

CHRISTAL, Kristal.

to CHRISTEN, Doopen, kriftenen,
kerftenen.

Chriftened, Gedoopt, gekristend.
Christendom, De Chriftenheid, het
Christendom.
Chriftening, De Doop, bet Doopfel.
Chriften-name, De doopnaam.
CHRISTIAN, een Chriften,

Christelyk.
CHRISTIANITY, De Christelyk-
beid, Christelyke Godsdienft
Christelyke leere, Chriftenbeid.
CHRISTMAS, Kerstyd, kersmis.
CHRISTIANLY, Christelyk.
Christmas day, Kersdag.

They keep Chrittmas all the year, Zy bouden altyd Zondag: a Christmas-box, een Spaarpot. ziek. CHROMATICK, Vermaakelyk Mur koleur of verw van een ding. CHROMATISM, De natuurlyke bandeling of befchryving van ko. CHROMATOGRAPHY, Een ver leuren, ook de konft om met koleuren te fcbilderen. CHRONICAL, Dat op zekere gezet. te tyd komt. CHRONICAL difcafes, Langdur rige fleepende kwaalen, die op gezette tyden weerkomen. CHRONICLE, Een tydboek, kronyk. to CHRONICLE, In eenen kronyk aanfcbryven.

Chronicled, In de tydboeken aange.

tékend, in de Kronyk verhaalt. Chronicler, een Kronykfcbryver. CHRONOGRAM, een Tydvers. een vers van 't welk de talletters by malkanderen gevoegt zyn. de bet jaartal na Chriftus uit

[blocks in formation]
[blocks in formation]

CHU. CHUB, Een knorbaan, [zékere vischje,] als méde een dikkop, plompert. CHUBBEDNESS, Dikke wangen. CHUCK, Een tik onder de kin. Chuck farthing, In 't kuiltje fcbie

ten, een jongens fpël.

to Chuck, Lokken, als een Patrys. to CHUCK under the chin, Onder de kin kloppen.

a CHUCKLE,

CHUCLKEHEAD

to CHUCKLE, In uitbarsten.

Een luidrug

tig fnappe

rend zotskap.

een gefchater

CHUFF, Een beer, plompaard. Chuffy, Boerfcb, onbebouwen. † CHUM, Een prop tabak om te

kaauwen.

CHUMP, Een bomp.
CHURCH, een Kerk, gemeinte.
Church is done, De Kerk gaat uit.
The Reformed Church, De Ge-
reformeerde Kerk.

The Church of God, De gemein-
te Gods.

The Church-book, 't Kerkboek. The nearer the Church, the further from God, Digt by de Kerk, ver van God. Where God has a Church, the Devil will have a Chapel, Daar God een Kerk beeft, fticbt de Duivel een Kapel. Church militant, De ftrydende Kerk, de Kerk van Chriftus op aarde. Church triumphant, De zegenpraalende Kerk, de Kerk van Christus in beerlykbeid.

a Church-man, Een Kerkelyke, Een die bet met de Bifchoppelyke Kerk

boudt. Church-choppers, Predikanten die bunne Kerken tegen elkander verruilen.

to

a

CHURCH, als She is churched, Zy beeft baar kerkgang gedaan. Womans churching, een Kraamvrouws kerkgang. CHURL, Een plompe boer, als méde een vrek.

(+) To put a churl upon a Gentleman, Den boer op den Edelman zetten, bet beste eerst op eeten of drinken, en 't flechtte

daarna.

Churlish, Woeft, boerfch, onbefcboft. Churlifhly, Op zyn boers, onbefchoftelyk.

Churlifhnefs, Boersbeid, onbeschoft

beid.

CHURN, Een karn, boterkarn.
a Churn-staff, Een karnftok.
to CHURN, Karnen.
Churned, Gekarnd.

Churning, Karning, - karnende. to CHUSE, Kiezen, verkiezen, uitkiezen.

Chufe which you pleafe, Kies wat gy wilt (of wat u aanstaat.) Let him chufe wether he will or no, Hy mag kiezen of by wil of niet.

Would I were to chufe, Ik wenfchte dat bet in myne keur fond

He cannot chufe but give offence, Hy moet noodzaakelyk aanfoot geeven als by kieft. To chufe out, Uitkiezen. To chufe rather, Liever willen. To chufe (adv.) Voor al, voor alle dingen. Chufer, Een verkiezer. *Beggars must not be chufers, Bedelaars moeten geen keur beb

ben.

[blocks in formation]

Chymistry, De Stookkunde, ftoffcheidery, Chimiftery, Chimie to CHYN, Klieven, plyten. CIB.

CIBOIRE, De misbrood kas.

CIC.

CICATRICE, een Lidtéken. to CICATRIZE, Lidtékeken, tot een lidtéken zetten, toebeelen. Cicatrized, Tet een lidtéken gezet, toegebeeld.

[ocr errors]

Cicatrizing, Lidtékens maakende
toebeelende.
CICH-peafe, Graauw-erwten. Béter
Gray-peafe.

CICHORY, Cichorey of Suikerey. to CICURATE, Tam maaken. Cicuration, Tammaaking.

CID.

[blocks in formation]

a CINCATER or Cincanter Man van vyftig Faar oud. CINCTURE, Een gordel, omgording. CINDERS, Uitgebrande smidskoolen, keela Jebe.

a Cinder-woman, Een Vrouwmensch dat de kooltjes uit de afcb opzoekt, een bedelaarfter. CINEFACTION, Een verbranding tot afch. CINOBER, Cinnaber, Vermilioen. CINNAMON, Kaneel.

the CINQUE-PORTS, Devyf Havens, zynde vyf Zeeftéden in Engeland die veele vryhéden hebben, naamelyk, Haftings, Rumny, Hythe, Dover, en Sandwich.

The Lord-Warden of the Cinqueports, De Opziener der vyf Ha

vens.

Cinque, (at dice, or cards) Een vyfde. CINOPER, zie Cinober.

[blocks in formation]
[blocks in formation]

It To ftand for a cipher, Voor CIRCUMDUCTION, Rondom lei

een O in 't cyfer ftaan.

to CIPHER, Cyferen, rékenen. CIPRESS, Zyde krip.

a CIPRESS tree, een Cypres, cipresJeboom.

CIR.

CIRCLE, Een kring, cirkel, ring, kreits.

Half a circle, Een balve cirkel, balfrond.

To make a circle, Een kring maaken.

[ocr errors]

a Circle about the moon, Een ring om de maan. The Circles of Germany, De Kreitsfen van Duitfcbland. Circle-wife, Kringswyze. Circlet, Een krans waar op men een fchotel op de tafel zet. CIRCUIT, Een kreits, omkring, omkreits, omgang, trans, cingel.

To go the circuit, Omtrekken, de ronde doen, gelyk de Rechters in Engeland tweemaal 's jaars ieder in zyn bestek. Circuition, Een rondomgang, trekking. CIRCULAR, Kring-rond, in 't rond gaande.

om

The circular motion, De omgaan
de beweeging.
Circularly, Kringachtig, in de rondte.
to CIRCULATE, Omgevoerd wer-
den, omloopen.

The blood circulates in the body,
Het bloed loopt om in 't lyf.
Trade makes the money circu-
late, De koopbandel doet bet geld

rond gaan.
Circulated, Omgevoerd, omgedree-

ven.

Circulation, Een omloop, rondom-
Loop, rondomdryving.
The circulation of the blood, De
omloop des bloeds.
Circulatory, Rondgaande, omgaande.
a Circulatory letter, Een brief die
na verfcheidene plaatfen gaat,
een rondgaande brief

L DEZL

ding.
CIRCUMERRATION, Omzwer-
ving, omdwaaling.
CIRCUMFERENCE, Een omtrek,
rondomtrek, bet buitenrond.
CIRCUMFLEX, Omgeboogen,
aldus
een zeker klankteken,
Circumflexion, Ombuiging.
Omvlietende.
CIRCUMFLUENT,
CIRCUMFUSED, Rondom geftort,
rondom gegooten.
CIRCUMGIRATION, Omdraai-
jing.

CIRCUMJACENT, Omleggende,
rondom leggende, nabyleggende.
CIRCUMLIGATION, Rondom bin-
ding.
CIRCUMLOCUTION, Omspraak,
uitbreiding van iets.
CIRCUMPLICATION

Rondom
vouwing, winding of rolling.
CIRCUMPOSITION, Rondom leg-
ging, rondom ftelling.
to CIRCUMSCRIBE, Omfcbryven,
bepaalen, beperken.
Circumfcribed, Omschreven, bepaald.
Circumfcription, Omfchryving.
CIRCUMSPECT, Omzigtig, voor-
zigtig.

To be circumfpect, Omzigtig zyn,
op zyne boede zyn.
Circumfpection, Omzigtigbeid.
Circumfpectly, Omzigtiglyk.
CIRCUMSPICUOUS, Klaar, dat
van alle kanten gezien kan wor-
den.
CIRCUMSTANCE, Omftandig-
beid.

To mind the circumftances of the
time, De gelégendbeid des tyds
in acht neemen.

A fact fet out in all its circum-
ftances, Een geval in alle zyne
omftandigheden verbaalen.
Being thus circumftanced (or
under thofe circumftances)
In die omftandigheid zynde.
My circumstances will not fuffer
it, De ftaat waarin ik ben laat

bet niet toe.

[ocr errors]

a Sad circumftance, Een droevig
geval.
Circumftanced, Met omftandigheden
belegd, onder omftandigheden be-
grépen.
Circumftantial, Omftandig.
Circumftantially, Omftandiglyk.

to

CIRCUMSTANTIATE, Met omftandigbéden befchryven. Circumftantiated, Met omftandighe den verklaard. CIRCUMVALLATION, Omwal

ling, omfchanfing, een borstwee
ring of aarden wal van een le
ger.
The lines of circumvallation, De
Befcbanfing welke de belegeraars
van een plaats rondom hun léger
opwerpen, om van buiten niet
overrompeld te worden.
CIRCUMJECTION, Rondom voe
ring, rondomdraaging.
to CIRCUMVENT, Onderkruipen,
verstrikken, onderfteek doen.
Onderkruiping,

Circumventing, verstrikking.
}
Circumvention
to CIRCUMVEST, Omkleeden.
CIRCUMUNDULATION, Golfs
wyze omvloeijing, omrolling.
Omvlie
CIRCUMVOLATION,
ging.
CIRCUMVOLUTION, Omdraai-
jing, omloop, omwenteling, om-
keering.
ce, or lift for public Exercifes
CIRQUE, or Circus, (a round pla
in old Rome) Ren-loop, rybaan,
voor paerden, wagens, enz. on-
der de oude Romeinen.
CIS.
CISERS, Een fcbaar, zie Cizars.
CISTERCIANS, Een zeker foort
van Monniken.
CISTERN, Een régenbak, waterbak,
waterkuip, koelvat, fonteintje.
CIT:

CIT voor CITIZEN, Een ftédeling
doorgaans een fchimpwoord.
CITADEL, Een burgt, flot, ftads
fterkte.

CITATION, Dagvaarding, indas-
ging, aanbaaling, bybren-
ging.
to CITE, Dagvaarden, indaagen,
roepen, aantrekken, aanba
len, bybrengen.
Cited, Ingedaagd, gedagvaard,

aangetrokken, bygebragt. CITHARIST, een Cyterfpeeler. Citing, Dagvaarding, indaaging,

[ocr errors]

dende.

aantrekking, dagudar-CIVILITY, Burgerlykbeid, beusbeid,

CITIZEN, een Burger, poorter, fte deling.

C

a Fellow-citizen, een Médebur ger. Citizen-like, Als een burger, bur gerlyk. Citizenship, Burgerfchap, burger

recht.

CITRON, een Citroen.

CITRULL-COWCUMBER,
Water-meloen.

CITTERN, een Cyter.
CITY, een Stad.

een

A chief or mother city, een HoofdStadt. Amfterdam is the chief city of Holland, Amfterdam is de Hoofdstad van Holland.

A. It is obfervable, that though the word CITY be properly and diftinctly used, for a Bishop's fee, yet we fay, the Town of Ely, though an Episcopal fee, and the City of Westminster, which is no Bishop's fee, Het is merkwaardig dat hoewel het woord CITY, eigentlyk, de verblyfplaats of zétel van een Biffchop betékent, men echter zegt, the Town of ELY, niettegenstaande het een Biffcboppelyke Zétel, en the CITY of Weftminster, offchoon bet geen Zetel is. NB. Het woord Town, betekent eigentlyk Stéde, in tégenoverttelling van Stad, zo als wy zeggen, de Stéde Beverwyk, enz. He lived a city-life, Hy leide een free-leeven.

The city freedom, De Stads vrydom, Stads gebied."

CIV. At CIVES, Prey, zie Chives.

CIVET, Civet.

Civet-cat, een Civetkat. CIVICK, Burgerfch.

a Civick crown, een Burger-krans, zynde een krans van eikenloof die door de aaloude Romeinen gegeeven werdt aan iemand die 't leeven eens burgers gered had.

CIVIL, Burgerlyk, beufch, beleefd, kuifcb.

Civil-war, Een inlandfche oorlog, burgerkryg. CIVILIAN, een Rechtsgeleerde in de burgerlyke wet.

beleefdbeid.

to CIVILIZE, Beleefdmaaken, beSchaaven.

Civilized, Welgemanierd, befchaafd, beufch.

a Civilized nation, Een befchaaf de landaard, een, selgemanierd volk.

The Romans who boafted to be
civilizers, were indead the cor-
rupters of mankind, De Romei-
nen die zich voor groote befchaa-
vers van 't Menfchdom uitgaven,
waren inderdaad de bedervers
daar van.

Civilly, Heufchlyk, manierlyk.
CIZ.

CIZARS, Een fchaer, fchaertje.
a Good pair of cizars, Een goe-
de fcbaer.

To clip with cizars, Knippen met
een Jcbaer.
CLA.

CLACK, Een klap, klapper,

klappy.

to CLACK, Klappen, kwakkelen. It To fet one's clack a going, De tong braaf roeren, fnaateren. Will that perpetual clack never lie ftill? Zal dat gerammel nooit ophouden? zal zy nooit ftilzwygen?

To clack wool, Het merk der fcbaapen van de woi affnyden, op dat ze te minder zou weegen en niet zoo veel tol betaalen.

CLACKER, Kleppel, klap of ratel, die geduurig op de Moolenfteen klopt. CLAD, Gekleed.

Richly clad, Koftelyk gekleed. CLAIM, Een aanmatiging, eifch, aanspraak.

to

To lay claim to a thing, Een
eifch op iets doen, aanspraak op
iets maaken, zich iets aanmaati-
gen
de band op iets leggen,
iets benaderen.

CLAIM, Eifchen, een eisch op iets
hebben, beweeren.

To claim to one's felf, Zich toe

eigenen, aanmaatigen. To claim again, Weerom eifchen. Claimable, Daar men recht of aan

Spraak op beeft, eischbaar. Claimed, Opgeëifcht, aangematigd. Claimer, Een eifcber, aanmaatiger. Claiming, Eifching, beweering,

eifchende.

[merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small]

CLAP, Klap, gekraak, flag, oog.
band, klapoor.
The doors gave a great clap, De
deuren klapten geweldig.

He has got a clap, De pokken
zyn hem aangezet, by is met
klapooren voorzien.

a Clap of thunder, Een donder-
Lag.

At one clap, Met eenen flag, eens
klaps.

to CLAP, Slaan, klappen geevers,
klappen,

To clap hands, In de banden
klappen,

To clap on a piece, Een lap
aanflanfen, aanzetten.

To clap on all the fails, Alle de
zeilen byzetten.

To clap up together, By één doen, te Jaamen lappen. To

« FöregåendeFortsätt »