He made a deduction from then- | ce, Hy maakte daaruit een befuit, by trok 'er een gevolg uit. Deductile, Ligt afleidelyk.

Deeply, Op een diepe wyze, zeer diep.

Deeply indebted, Diep in fchuld. He is deeply embroiled with the divan, Hy legt geweldig overboop met de Divan. Deepness, Diepte, diepbeid. Deepning, Verdieping, diepende.

ver

The deepnings of a picture, Het verfchiet, de wyking der kleuren in een Schildery. DEER, Een Hertebeeft.

A fallow-deer, Een Dambert.
A red deer, Een Hert.

a Rain-deer, Een Ren-dier.
DEF.

to DEFACE, (or spoil) Schenden, vernielen.

To deface a Church, Eene Kerk fchenden.

To deface a town Een Stad vernielen.

To deface, (or disfigure, Bederven, ontcieren.

To deface, (or blot, out) the memory, Vergeeten, uit de gedachten ftellen.

Defaced, Gefchonden, bedurven, uitgewischt.

Defacing, Schending, ontciering, bederving, fchendende, enz. DEFAILLANCE, or Default, Mangel, gebrek. DEFALCATION, Befnoeijing, trekking.

milfen.

The dogs are at a defaut, De bonden loopen mis. DEFEASANCE, Vernieting van een bandfcbrift door 't naakomen van zékere voorwaarde daarin vermeld. DEFEAT, Een neerlage, neerlaag. The defeat of an Army, Het verflaan van een Leger.

to DEFEAT, Verflaan, de neerlaag toebrengen, verydelen.

To defeat an Army, Een Léger verflaan.

To defeat one's defign, Iemands toeleg omverre ftooten.

To defeat, (or make void) a thing, Vernietigen, te niet doen, kragteloos maaken.

To defeat one's will, Iemands
Teftament te niet doen, tegens
bet oogmerk van den Teftament-
maaker bandelen.

DEFECATE, Van droefem gezui.
verd, klaar, belder.
to DEFECATE, (to take off the
lees) Zuiveren, rafineeren.
Defecated, Gezuiverd.
Defecation, Zuivering.
DEFECT, Gebrek, gebreklykheid,

mangel, onvolkomenheid. DEFECTION, Afwyking, afval. The defection of King Jame's Army, De verlaating van't Leger, van Koning Jacobus I. af-Defection, (from the Church) Het verlaaten van de Kerk, bet verzaaken van den Godsdienft die men beléden bad.

to DEFALK, Befnoeijen, aftrek

ken.

Defalked, Afgekort, afgetrokken. DEFAMATION, Naamfcbending, eerrooving, faamrooving. Defamatory, Faamroovende, lafterlyk.

to DEFAME, Faamrooven, naamfebenden.

Defamed, In zyn eer gefchonden, gelafterd.

Defainer, Schender, lasteraar, ontcerder.

A general defection, Een algemeene afvalligheid, Kettery. They made a defection to the Church of Rome, Zy wierpen zich in de fcboot der Roomsche Kerke. Defective, Gebreklyk, onvolkomen. A verb defective, (that has not all its tenfes) Een gebrekkelyk Werkwoord, dat alle zyne tyden niet beeft. DEF

What did he fay in his own defence? Wat bragt by tot zyn verdediging in?

Defence, (or anfwer at law) Het antwoord, of de verweering in een Rechts-geding. The defences, (or Fortifications) of a place, De Veftingwerken van een Plaats.

He has made a very good defence in his Trial, Hy heeft zich voor bet Gerecht zeer wel verdedigt.

To ftand in the defence, of one's life and fortune, Zyn leeven en goederen verdedigen.

To fpeak in defence of one, Ten voordeele van iemand Spreeken, iemands eer verdedigen. That place makes a very obftinate defence, Die Plaats verweert zich bartnekkig. To fight, (or do any thing) in one's own defence, Tot zyn eigen verdediging vechten, of iets anders doen. Defence, (or Prohibition, though feldom ufed in that fenfe) Verbod.

Defenceless, Weerloos.

to DEFEND, Befchermen, verdaadigen, befchutten, afweeren, verdeedigen, voorstaan, verwee

In defiance of, In Spyt van.

To live in open defiance with one, In openbaare vyandfchap met iemand leeven.

He lives in open defiance to (or against) Nature and Rea. fon, Hy leeft in een openbaare verachting van de Natuur en de Rede. DEFICIENCY, Gebrek, mangel, ontbreeking, te kortfcbieting. Deficiency of a Fund, Nietigheid van een fonds, onwaarde. Deficiency, (Inability to pay) Onmagt om te betaalen. Deficient, In gebreke blyvende, achterlyk.

I shall not be deficient in any thing that may be useful to you, Ik zal niet nalaatig zyn, in iets dat u van nut kan weezen.

Deficient, (unable to pay) Buiten staat om te betaalen." to DEFIE, Uittarten, zie Defy. Defied, Uitgetard, getrotfeerd, geboond.

DEFILEE, Een enge doortogt. to DEFILE, Befmetten, bevlekken, verontreinigen, door een engte trekken.

To defile the mind, Het gemoed verontreinigen.

zach.

Een maagd ont-eeren. Defiled, Befiet, bevlekt, verontreinigd.

Defilement, Besmetting, bewlekking, verontreiniging.

Defiling, Verontreiniging, -verontreinigende.

Defiler, Een befmetter, bevlekker, verontreiniger.

to DEFINE, Bepaalen, beschryven,
affcbetfen, befliffen.
Defined, Bepaald, afgefchett.
Definite, Bepaald.
Definition, Bepaaling, affcbetfing,
befchryving.

Definitive, Bepaalend, befliffend.
A definitive fentence, Een flot-

vonnis.

Definitively, Eindelyk, finaal. † DEFLAGRATION, Afbranding. DEFLEXION, Buiging, neder

buiging, afwyking. Deflexion, (a Sca Term) of a Schip from her true course, by reafon of currents, Afleiding, bet afwyken eenes Schips van zyn koers, door de stroomen.

to

Jebendende, onteerende,

DEFLUXION, Zinking, afzypeling. DEFORCEMENT, Gewelddaadige ontbouding van landeryën. →DEFORCEOR, Deforciant, or Deforfour, (a law term) Een die bet goed van anderen onder zich boudt. to DEFORM, Mismaaken, leelyk maaken, wanftallig maaken. To deform one's face, Zyn weezen mismaaken.

lee

Deformed, Mismaakt, wanftallig,
afzigtig, ongezien.
Deformedly, Mismaaktelyk,
Lyk.
Deforming, Mismaaking, mismaa-
kende.

Deformity, Mismaaktheid, wange

daante, leelykbeid, afzigtig-
beid.

to DEFRAUD, Verkorten, bedrie-
gen, iemand bet zyne ontbou
den.
Defrauded, Verkort, bedroegen.
Defrauding, Verkorting, bedrieging,
verkortende.

to DEFRAY, Uitschieten, koftory bouden, bevryden, voor iemand betaalen.

To defray the charges, De koften draagen.

To defray one, Iemand vrybou-
den.

Defrayed, Koftory gebouden, uitge-
Jebooten, betaald.
Defraying, Koftorybouding, uitschie-
ting, betaaling. vrybouden-

de, uitfcbietende, enz.
+ DEFT, (or neat) Fraai, net.
Deft, (or merry) Vrolyk.
DEFRICATION, Afwryving.
DEFUNCT, Overleeden.
to DEFY, Uittarten, trotfeeren,
Loonen, uitdaagen.

He defy'd me to it, Hy tartte my daartoe.

1. DEEL.

Goliath defy'd the Lord of Hofts, Goliath boonde den Heere der beirfchaaren.

He defied the winds in the midst of the Ocean, Hy trotfeerde de Winden in 't midden van den Oceaan.

Defy'd, Getart, getrotfeerd, geboond.

Defying, Uittarting, trotfeering, uittartende.

to

in

to DEGLUTINATE, Ontlymen. DEGLUTITION, Zwelging, flokking, flikking. DEGRADE, Van zynen ftaat afzetten, ontwyên. Een To degrade a Gentleman, Heer ont-adelen, van zyn Adeldom beroven.

To degrade a Priest, Een Priester ontwyën, van zyn order be

roven.

maaken.

A degree of heat, or cold, Een

graad van bitte of koude. To take one's degrees in the University, Zich op de HoogeSchool laaten bevorderen, promo

DEI.

DEICIDE, Godsmoord, vermoording, misdryf van ben die den Heiland ter dood bragten.

The Jews that put our Saviour, GOD and man, to death, are called deicides, De Fooden die onzen Zaligmaaker ter dood brag ten, worden Godsmoorders ge naamd.

to DEJECT, Bedrukt maaken, in een verflagenbeid brengen, neerflagtig maaken.

To deject one's felf, Zich bedroeven, neerslagtig maaken. Dejected, Neergeworpen, neerslag. tig, dof, verslagen. Dejectedly, Bedruktelyk.

To look dejectedly, Droevig
mismoedig zien.

Dejection, Verflagenbeid, bedrukt-
beid, neerslagtigbeid.
Dejection, (a Term of Phyfick:
Evacuation of Excrements) Den
afgang, van een zieke.

to

There is a great dejection amongst them, Daar was een groote vera flagendbeid onder bun. DEIFY, Tot een God maaken, vergoden.

The anciens deified many of their great men, De ouden vergoodden veele van bunne groote mannen. Deify'd, Vergood. Deifying, Vergoding, dende.

to

kens.

Hy

vergo

DEIGN, Genadiglyk verleenen, gebengen. DEINTEGRATE, Bederven, af

neemen, verminderen. DEISM, Goddiftery, ['t Geloof der gener welker Religie alleen be ftaat in 't erkennen van eenen God, zonder Jefus Chriftus en den H. Geeft daarin te be→ trekken.] Deift.

Deift, een Goddift.

DEITY, De Godbeid, als méde een valfche God.

DEL.' DELACERATION, In stukken fcheuring, verfcheuring. DELACTATION, Het Speenen van de borst.

DELASSATION, Vermoeijing. DELATION, Een beimelyke befchuldiging.

DELATOR, Een betigter, aanklaager, befchuldiger. DELAY, Uitstel, vertoeving. Without any further delay, Zonder eenig langer uitstel. To ufe delays, Uitstel neemen. Make no delay, Neem geen uitftel.

These are unfufferable delays, Dit zyn onverdraagelyke uitstellen.

to DELAY, Uitstellen, vertoeven, vertraagen.

To delay a thing to the last,
Een ding tot het laatste toe uit-
Stellen.

To delay in Judgement, Een
uitstel verleenen in een Recht-
zaak.

I will not delay my felf in that matter, Ik zal die zaak niet langer verzuimen.

To delay, or dilute, Met water mengen, zie to Dilute. Delayed, Uitgefteld, vertoefd. Delayer, Uitstelling, vertoeving, vertraaging, uitstellende,

DELF, or Delfe, (an obfolete word for a mine,or a quarry) Een myn, Steenkuil. DELIBERATE, Voorzigtig, bedagt

zaam.

to DELIBERATE, Overleggen, overweegen, beraaden, raadflagen.

To deliberate upon a thing, Over iets beraadslagen. Deliberated, Overwoogen, bedaardelyk.

Deliberated, (or premeditated) Voorbedagt. Deliberately, Met overleg, met verdrag, voordachtelyk, langzaamlyk. Deliberation, Overlegging, beraading, overweeging.

The thing came under deliberation, De zaak kwam in overweeginge.

Deliberative, Overleggende. DELICACY, Lekkerbeid, keurig. beid.

Delicacy, (or Beauty) Schoonbeid. DELICATE, Teer, zacht, lekker. + Delicate, (or fine) Keurig, fraai.

A delicate bird, Een fchoone vo-
gel.

A delicate place to live in, Een
fraaije plaats om te woonen.
A delicate feather-bed, Een keur-
lyk bed.

A delicate perfon, Een witte

broods kind.

To delight in hunting, In de Fagt vermaak Scheppen. I delight very inuch in it, Ik ben 'er een groot liefhebber van. The pine-tree delights in hot and funny places, De pyn-boom ftaat beft op een beete en zonnige plaats. Delighted, Vermaakt, verluftigd. I was much delighted with it, Ik fchiep 'er groot vermaak in, Ik was 'er zeer mee vermaakt. Delightfull, Vermaakelyk, geneuglyk, luftig.

Delightfully, Op een vermaakelyke

wyze. Delightfulness, Vermaakelykbeid, geneuglykbeid.

Delightfom, Vermaakelyk, pleizierig. Delightfomly, Op een vermaakelyke

wyze. Delightfomnefs, Vermaakelykbeid, bekoorlykbeid.

to DELINEATE, Afmaalen, fchetzen, aftékenen, ontwerpen. Delineated, Afgefcbetft, omfcbréven, ontworpen.

Delineation, Afmaaling, fchets,

To deliver a meffage, Een boodfchap afleggen.

To deliver fomething to one Iemand iets overgeeven, ter band Atellen.

Deliver, (the word ufed by highwaymen) Leg af, zet af. To deliver one into bondage, Ie

mand in flaverny brengen. He will deliver us into the hands of our Ennemies, Hy wil ons in de banden onzer Vyanden overléveren.

To deliver, (or fpeak out in difcourfe) Een rédenvoering doen. To deliver a Sermon handomly, Een fraaije preek doen.

He delivers himself very well

Hy drukt zich zeer bevallig uit.
To

DELVE, als, A delve of coals, De boeveelheid der koolen die men uit een Myn gedelft heeft. to DELVE, Graaven, delven. Delved, Gedelft. Delver, Een delver. DELUGE, De Zondvloed. The deluge drowned all the Earth, De Zondvloed overftroomde de gebeele Aarde.

to DELUGE, Overstroomen, verdrinken. Deluged, Overstroomd. DELVING, (from to delve) Del

vende.

Delug'd in tears, Verdronken in

traanen.

voering.

To have a good, or handsome delivery, Fraaije gaven beb

ben.

to

Demander, een Eifcher, verzoe

ker.

Demanding, Eifching, verzoeking, eifcbende.

gen, aanstellen. to DEMEAN himself, Zich draa

To demean himself unmannerly, Zich onmanierlyk aantieren. If you demean your felf well, Als gy u wel gedraagt. Demeanour, Gedraaging, gedrag; aanftelling.

DEMEANS, Inkomsten van landeryën.

to DEMENTATE, Uitzinnig maaken.

Dementated, Dul gemaakt. DEMERIT, Verdienfte, [doch in een kwaaden zin.]

He fhall be punished according to his demerit, Hy zal naar verdienfte gestraft worden. Domein DEMESNE,

maine. DEMI, Half.

zie De

A demi-god, Een balve God.
A demi-castor, Een halve Kas-

He has a good way of delivery, Hy beeft een goede manier van zich uit te drukken. The delivery of a litigious thing, into the hands of a third perfon, Uitlevering van iets dat, 'er verfcbil over zynde, in een derde band in bewaaring gefteld (ge-To fequeftreerd) was. DE-LUCE, Lely, lelie.

A flower-de-luce, Een Lely, ze
als in 't Wapen van Vrank-
ryk.

to DELUDE, Bedriegen, beguiche-
len, bespotten.

He has deluded me, Hy heeft my
misleid.

Y 2

demife by leafe, Verhuuren voor een zeker getal van jaaren. Demifed, Verhuurd, of by Tefta mente gemaakt. flag. DEMISSION, Ontslaaking, ontDEMOCRACY, Volksregeering, Volkbeerfching.

Democratical, Volgens de Volksregeering,

to DEMOLISH, Afbreeken, neerwerpen, verdelgen, floopen. To demolish, (to ruin) Vernie

len.

He has demolished me, (he has won all my money) Hy beeft my geruïneerd, by heeft al myn geld gewonnen. Demolished, Afgebroken floopt.' Demolisher, Een afbreeker.

ge

De