EGL. EGO. EGR. EGY. &c.
Egging, danlokking, ingeeving.
EGL.
EGLANTINE, een Egelantier.
EGLOGUE, Een Herdersdicht, Veld-
gedicht, zie Eclogue.

EGO. EGOTIZING, Geduurig bet woord ik gebruikende, of van zig zelven fpreekende, zig veel aanmatigen.

EGOTISM, Het Spreeken van zig zelven, eigen lof.

EGR. EGREGIOUS, Treffelyk, braaf, beerlyk.

Egregious, (fignal, taken in an ill fenfe) Befaamd, berucht, aanmerkelyk, in een kwaaden zin.

An egregious knave, Een beruchte boef. Egregiously, Treffelyk. Men

egregioufly disaffected to the government, Menfchen die de Regeering merkelyk baa

ten.

EGRESS or Egreffion, Een uitgang.

To have free egrefs and regrefs,

Een vryen toegang hebben. EGRET, (a kind of heron) Een kleine witte Reiger.

to EGROTE, (to conterfeit being fick) Zich ziek bouden. EGY.

EGYPT, Egipte.

Egyptian, een Egiptenaar.

A counterfeit egyptian, een Hei-
den, landlooper, zie Gipfy.
EJA.

EJACULATION, Een uitfchieting,

An elaborate period, Een doorwrochte periode. Elaborately, Op een bearbeide wyze, ELABORATORY, Stookbuis, werkbuis, zie Laboratory. ELAPSED, Verloopen (als de tyd.) ELASTICITY, Veerkragt. EISIL, (an old Englifch word ELASTICK, Veerkragtig. for vinegar) Azyn.

EIRE, Een zeker Gerechtshof, zie Eyre.

EIS.

bed, fcbiet-gebedeken.

A prayer full of pious ejaculations, Een gebed vol van Godvruchtige uitboezemingen. Ejaculatory, Uitfchietende. Ejaculatory vellels, (a term of anatomy) Uitjebietende vaatjes. to EJECT, Uitwerpen, uitfchieten,

braaken.

Ejected, Uitgeworpen, gebraakt.

fool, Hy is een van beiden wys of gek. Thefe things will either profit or delight, Deeze dingen zullen voordeelig of vermaakelyk zyn. "T is more than either you, or

I could have done, Het is meer als gy of ik gedaan konden bebben.

EJU.

EKE.

†EKE, Ook, als méde, daarenboven. to EKE, (or to augment) Vermeerderen.

to EKE out, Vergrooten, doen uitdygen, uitzetten.

All ekes, (or helps) Alles belpt.

E e

ELATE or Elated, Hoogmoedig verwaand, opgeblaazen. to ELATE, (to puff up, to tran. fport) Opblaazen, trots maaken.

To elate one's felf, Zich zelf ver-
beffen.

A man of an elate mind, Een Man
van een verheven geeft.
ELB.

ELBOW, De elleboog.
She leaned on her elbow, Zy
leunde op baare elleboog.
To be always at one's elbow,
Iemand altoos op zy bangen.
My coat is out at the elbow,
Myn kleed is aan de elleboog
uitgefléten.

to

Elbow of land, of a wall, &c.

Bogt van een Rivier, van een

muur, enz.

Elbow-room, Vrye banden, in de figuurlyke en eigentlyke zin. To have elbow-room, Zyn banden vry of ruim bebben. Elbow-greafe, (or pains) Zwaar werk.

An elbow-chair, Een leuning ftoel.

ELBOW, Met den elleboog ftoo

ten.

to ELBOW OUT, (to drive out) Uitdryven.

The Phenicians, who were the old inhabitants of Canaan, were elbowed out by the Hebrews, into a fmall flip of land on the fea-coaft, De Pheniciers, die de oude inwoonders van Kanaän waren, wierden 'er door de Hebreen uitgedreven,. naar een kleine strook Lands aan den Oever der Zee. ELD. ELDAR or Elder, Vlier. Dwarf-elder, Wilde vlier, badig. Elder

An elder, (Subft.) Een ouderling, oudste.

The elders, (or fathers) De Oudvaders. Eldership, 't Recht van de oudste te

zyn, eerftgeboorenschap. He is proud of his eldership, Hy is 'er moedig op dat by de oudfte is. Eldership, (in the Church) Ouder

ling fchap (in de Kerk.) Eldeft, (the fuperlative of elder) als, The eldest Brother, De oudste Broeder.

Eldeft at play, De voorhand bebben, voorzitten.

ELE.

ELECAMPANE', zie Elicampa

ne.

ELECT, Verkooren. uitverkooren. The elect, De uitverkoorenen. The Lord Mayor elect, De ver

kooren Lord Mayor.

to ELECT, Kiezen, verkiezen.
Elected, Verkooren, gekozen.
Election, Verkiezing.
Elective, Verkiezelyk.

An elective Kingdom, Een verkiesbaar Koningryk. ELECTOR, een Keurvorst.. The electors of the empire, (thofe nine Princes by whom the emperor is elected) De Keurvorsten van bet Ryk. Electoral, Keurvorstelyk.

His electoral highnefs, Zyn Keurvorftelyke Doorlucbtigbeid. The electoral College, Het Keurworstelyke Collegie. ELECTORATE, (the dignity, or

dominions of an elector of the empire) Keurvorstendom, Keurvorftelyke waardigheid. ELECTORESS, Keurvorstin. Electorship, 't Keurvorstelyk-ampt, Keurvorftfchap.

ELL.

ELL, De el, [een Maat van III
voet en IX duim, zynde 1
yard of 13 Amfterdamfche elle.]
ELLIPSIS, Woord-uitlaating.
Elliptical, Woord-uitlaatend.
ELM.
ELM, Elm-tree, Een olm, olmboom.
A young elm, Een jonge olm.
ELN.

ELN, (a measure of three foot,
and one inch,] Een maat van
drie voet en een duim.
ELO.

ELOCUTION, Uitspraak.
ELOGIUM, or Elogy, Loftuiting,
prys, roem.
ELOGY, Eene Lofreeden.

+ to

A mafter of eloquence, (or rhetor) Een rédenryker.

in 't andere overgegooten. ELUXATED, Verrekt, uit bet lid getrokken.

ELY.

ELYSIAN fields, De Elififche beemden of velden.

EM.

'EM, [een verkortfel van Them.] I love 'em, Ik bemin bun. He is above 'em, Hy is boven bun.

EMA.

EMACERATION, Vermagering, magerwording.

to EMACIATE, Uitmageren, mager maaken. Emaciated, Uitgemagerd.

EMBARGO, Een beflag op schépen zie Imbargo.

to EMBARK, Te fchépe gaan, inSchepen, zie to Imbark. to EMBARRAS, Belemmeren, verbinderen. Embarraffed, Belommerd. Embarrafment, Beflommering. to EMBASE, Verergeren, verflechten, vervalfchen, zie to Imbafe.

EMBASSADOUR, een Afgezant, gezant, Ambajadeur. The welch embaffadour, Een koekoek, boorndraager.

An embassador extraordinary, Een buitengewoon Afgezant. Embaffadrefs eene Gezantin, Ambaffadeurs gemaalin.

fpoken man) Een welspreekend

Man. Eloquent, Welfpreekend, welbejpraakt, taalvaardig, wel ter taal. Eloquently, Op een welspreekende

wyze.

→to ELOYN, Verplaatfen, verzenden. Eloyned, Verzonden.

ELS.

ELSE, Anders, anderfins.
Nowhere else, Nergens anders.
No man elfe, no body else, Nie-
mand anders.

Some where elfe, Ergens elders.
They meant nothing else but
my ruin, Zy badden niet anders
voor als myn bederf.
ELSE, Of.

Go your ways, or elfe I fhall fall upon you, Gaat been of ik zal u op bet lyf komen. Either drink, or elfe be gone, Drink of gaat been. Elfewhere, Elders.

ELU.

to ELUCIDATE, Verklaaren, opbelderen.

Elucidated, Verklaard, opgebelderd. Elucidation, Verklaaring, opbeldering. ELUCUBRATE, (or elaborate) Doorwrocht. ELUCUBRATION, Studie by kaarslicht, nagtstudie.

to ELUDE, Belpottelyk verydelen, te leur ftellen. Eluded, Verydeld, te leur gefteld. ELVES, Quelgeeften. Elufory, Verydelend.

These are the emanations of the royal justice, Dit zyn voortvloeizels van de Gerechtigheid des Konings. Emanative,

Emanatory,} Uitvloeijend.

to EMANCIPATE, Buiten voogdy Stellen, ontslaan. Emancipated, Buiten voogdy gefteld, vry gefteld. Emancipation, Vrystelling, ontslaaning.

EMANENT, Uitvloeijende, voortSpruitende. EMANUENSIS, Iemand die fchryft, bet geen een ander voor zegt of beveelt.

to EMASCULATE, Ontmannen. To emafculate, (or to enervate) Ontzenuwen.

Rhyme does but emafculate heroick verfe, De rym ontzenuwt flegts de Heldendichten. Emafculated, Ontzenuwt.

Emafculating,} Ontzenuwt, ont

zenuwende.

Em

EMP. EMR.

EMR. EMU.EN. ENA.

to EMPOVERISHI, Verarmen, zie EMRODS, Ambeijen, Speenen.

to Impoverish. EMPRESS, eene Keizerin. EMPRIMED, Opgeflooten, zie Imprimed.

to EMPRISON, Gevangen zetten,
zie to Imprifon.

to EMPROVE, Wel besteeden, waar-
neemen, zie to Improve.
EMPTIED, Lédig gemaakt, zie
Empty'd.
Emptiness, Ledigheid.
EMPTION, Kooping.
EMPTY, Ledig.

An empty glafs, Een ledig glas. An empty veffel, Een ledig vat. *Empty veffels make the greatest noife, Een leeg vat bomt meeft. Empty, (vain, unprofitable) Onnut, ydel.

An empty hope, Een ydele bope.
An empty wit, Een fcbraal ver-
ftand.

He hath nothing but an empty

title of a King, Hy heeft maar
alleen den blooten tytel van Ko-
ning.

The empty pleasures of this world,
De nietige vermaaklykbéden van
deeze waereld.

An empty, (or a fhallow) man,
Een ennozel man, die geen groot
verftand beeft.

His letters are empty, there is
but little in them, Zyne brieven
zyn beuzelachtig.

Daar

Fame is but a dream, and an empty vapour, De roem is maar een droom en ydele damp. The town is very empty, zyn zeer weinig menfchen in de Stad. to EMPTY, Lédig maaken, ontlé

digen, uitgieten, uitfcheppen. To empty out of one veffel into another, Van het eene vat in bet andere gieten. Empty'd, Lédig gemaakt, ontledigd.

It hath emty'd my purse, 't Heeft myne beurs leeg gemaakt. Emptying, Ledigmaaking, ontlédi ging, ledigmaakende. EMPYREAL, or Empirean, AlLerboogft.

the EMPYREAL Heaven, De vuu-
rige Hémel, de allerboogfte Hé-
mel.

EMR.
EMROD, Een Glazemakers dia-

mant.

EMRY, Amaril, (zékere teen.) EMU.

to EMULATE, Naayveren Stryd na iets ftreeven.

0972

To emulate, (or envy) Beny-
den.

Emulation, Naayver, volgzucht,
afgunst.
Emulator, Een naa-yveraar.
to EMULCE, Zagtelyk Stryken.
EMULGENT, (a term ufed in ana-
tomy) als, emulgent vein,
Een uitmelkende ader, [MA
RIN.]

EMULGENT, De bartader. EMULOUS, Naayverig, nydig. EMULSION, Amandelmelk. ner gaatjes in de Huid, EMUNCTORIES, Grooter of kleidoor de overtollige Vogten geloosd worden.

EN.

ENC.

A.Het geene dat ten opzigt van 't verfcheidentlyk fpellen der woorden in 't begin van EM gezegd is, moet men albier desgelyks waar neemen; want veele deezer naavolgende woorden worden zo wel met IN gespeld als met EN: en het eerfte fchynt wel het befte te zyn, om dat het met de uitfpraak béter overeenkomt. ENA.

to ENABLE, Magt geeven,

ver

jeerder.

Ee 3

to

ber.

Een LofreENCOMIAST, Een Lofrede-maaker.

ENCOMIASTICK,
K,} de.

ENCOMIUM,

To make one's encomium, Een lofréde op iemand maaken. ENCOMPASS, Omcingelen, omringen, zie Incompaís. ENCOUNTER, Een ftryd, ge

to

vecht.

In the first encounter, Met den
eerften aanval.

They had a very sharp encoun-
ter, Zy badden een scherp ge-
vecht.

Encounter, (or meeting) Ont-
moeting.

to ENCOUNTER, Beftryden, be-
vechten.

To encounter, Aanvallen, band-
gemeen worden.

The two armies encountred in
the morning, and fought till
the evening, De twee Légers
begonnen 's morgens den aanval
en vochten tot 's avonds.
To encounter, (or to meet)
Ontmoeten.
Which way fo ever we turn our
felves, we are encountred with
fenfible demonftrations of a
Deity, Wat weg wy ons ook
mogen keeren, wy ontmoeten
overal zichtbaare blyken van een
Godbeid.

Er