Sidor som bilder
PDF
ePub

To forbear one's company, Iemands gezelfchap myden.

To forbear (or to keep one's felf from) wine, Zich van wyn onthouden.

You must forbear drinking of wipe, Gy moet u onthouden van wyn te drinken.

I could hardly forbear to ftrike him, Ik kon my naauwelyks bedwingen van bem een flag te gee

ven.

I could hardly forbear laughing, Ik kon my naauwlyks van lachen onthouden.

I can't forbear to tell you, Ik kan niet nalaaten u te zeggen. I fhall forbear as long as I can, Ik zal bet verdraagen zo lang als ik kan.

Forbear, Laat dat ftaan, doet dat niet.

Forbear doing of that till I come

again, Laat dat staan tot dat ik
weer kom.

To forbear, (or take patience)
Geduld oeffenen.

And if I cannot prevail with you to forbear your money, En als ik u niet kan overreden om www geld niet te verquiften. Forbearance, Verdraagzaambeid, verduldigheid, lydzaambeid, langmoedigheid.

* Forbearance is no acquittance, Uitstellen is geen quytfchelden. Forbearing, Spaaring.

to FORBID, Verbieden, verbinde

[blocks in formation]

FORBUSHER, Zwaard-veger, zie Furbifher.

FORCE, (or violence) Geweld. Force, (neceflity) Nooddwang, noodzaake.

to

Force, (or weight) Gewigt, overweeging.

Force, (vigour, or ftrength) Kracht, fterkte.

By main force, Door kracht en geweld.

A law ftill in force, Eene wet die nog in kracht is.

To repell force by force, Geweld met geweld afkeeren. The city was under the force of arins, De Stad was onder bet bedwang der Wapenen.

But not without fome force to the natural byafs of the fable, Niet zonder eenig geweld te doen aan de natuurlyke zin van de fabel.

[ocr errors]

He ravish'd her by force, Hy verkrachte baar met geweld. Meddle not with any wine, but upon force, but of force Drinkt geen wyn zonder daar toe genoodzaakt te worden. An argument of great force, Een kragtige drangreden. To affault one by open force, Iemand met gewëld aanvallen. FORCES, Krygsmagt, krygstroepen.

To raife forces, Krygsvolk wer

[blocks in formation]

With a force much fuperior to theirs, Met een groote overmacht. FORCE, Dwingen, geweld aandoen, verkrachten.

To force one to do a thing, or to force a thing upon him, Iemand ergens toe dwingen. He forced me to do it, Hy dwong 'er my toe.

To force the people to take up arms, Het volk dwingen om de wapenen op te vatten. To force errors upon the people, Den volke dwaalingen opdringen.

It is, caly to abufe any expresfion, by forcing a ridiculous Mn 3

fenfe upon it, Het is gemakkelyk een uitdrukking te misbrui ken, door er een belachelyke zin aan te geeven.

To force (or take by force) a poft, Een poft overweldigen. To force (violate or ravith) a virgin, Een maagd verkragten. To force a word, Een woord verdraaijen.

To force wool, (to clip off the upper, and more hairy part of it) Wol fcheeren.

To force a thing from one, Iemand iets afdwingen.

To force a trade, Een neering met kracht voortzetten.

To force BACK, Terug dryven.
To force IN, Met geweld inbren
gen, doen ingaan.

To force our, Uitdryven, uit-
Stooten.

Forced, Gedwongen, aangedrongen. I was forced to do it, Ik was 'er toe gedrongen.

Ge

To be forced upon a thing,
davongen zyn iets te doen.
A forced word, Een ongebruike-
lyk woord.

A forced put, Een geval van nooddwang. Forcedly, Met geweld. Forceful, (ftrong, vigorous) Kragtig, krachtdadig. Forceless, Kragteloos. Forciole, Kragtig, dwingend. A forcible argument, Een kragtig argument.

Forcible, (or violent) Geweldig. A forcible detaining (or holding) of poleflion, Een geweldaadige bezithouding. Forciblenefs, Geweldaadigheid. Iorcibly, Op een kragtige wyze. Forcing, Dwinging, dwin

gende. FORD, Een ondiepte, waade. *Never praife a ford, 't ill you get over, *Deelt de buid niet voor dat gy de beer belt, ziet eerft bet end.

to FORD, Waaden, doorwaaden. Fordable, Waadbaar, doorwaadbaar. A fordable river, Een waadbaare Rivier.

Forded, Doorwaad. Fording, Waading, waadende. FORE, Voor. [Een Voorzetfel alleen in faamenstellinge gebruikelyk.] FORE-APPOINTED, Voor-bestemd. FORE

FORE-ARMED, Vooraf gewa. pend.

*Fore-warned, fore-armed, Van

te vooren gewaarschouwt, van te vooren gewapend. to FORE-BODE, Voorspellen, voorbeduiden. Fore-boded, Voorspeld. Fore-boding, Voorboode, voorspel

ling, voorfpellende. FORE-CAST, Vooruitzigt, voorbedachtzaamheid, voorzigtigheid. a Man of great fore-caft, een Man van een groot vooruitzigt. Without fore-calt, Onverhoeds, onvoordachtelyk. *Fore-caft fometimes is better than working hard, Den één wint meer door vooruitzigt, als den ander door arbeid. to FORE CAST, Vooraf overflag maaken, voor's bands afmeeten,

voorzien.

Fore-cafting, Voorbedenking, voorziende.

Fore-caftingly, Voorzigtiglyk, omzigtig. FORE-CASTLE, De bak van 't fchip. FORE-CHOSEN, Vooraf verkoo

ren.

to FORE-CLOSE, Voor altoos uitsluiten.

Fore-clofed, (that is barred, and utterly excluded for ever) Voor eeuwig uitgesloten. FORE-CONCEIVED, Vooraf be

vat.

A fore-conceived opinion, Een Voor-opgevatte waan, vooroordeel.

to FORE-DEEM, Raamen, gisfen.

Fore deemed, Geraamd, gegift. to FORE-DO, Benaadeelen, afwy

ken.

Fore-doing, Benaadeeling, afwyking.

FORE-DOOR, Een voordeur. FORE-FATHERS. Voorvaders,

voorouders.

FORE-FEET, De voorfte voeten. to FORE-FEND, Verdedigen, beletten, verbinderen. FORE-FINGER, De wysvinger, voorste vinger. FORE-FLAP, Een voorlap.

The fore-flap of a fhirt, De voorflip van een bembd. FORE-FRONT, Een voorgevel. The fore front of a houfe, Het

front van een buis, de gével. to FORE-GO, Afstaan.

To fore-go one's rigt, Van zyn recht afftaan.

To fore-go a thing, (to quit it) Iets verlaaten, laaten vaaren. To fore-go a thing, (not to meddle with it) Zich ergens niet méde bemoeijen. FORE-GOERS, (or purveyors of the King and Queen) Proviantmeefters, van de Koning en Koningin. FORE-GOING, Voorgaande. The fore-going chapter, Het voorige boofdstuk. FORE-GUESS, Voorgiffen, raa

to

[blocks in formation]
[blocks in formation]

First and foremost, De eerfte en voorste. FORE-NAME, De voornaam. Fore-named, Te vooren genoemd. FORENOON, Voormiddag. →FORENSICK, als, A forenfick term, Een konftwoord der Rechtsgeleerden. FORE-ORDAINED, Voorbestemd. FORE-PART, Het voorste deel. FORE-PRIZED, (or excepted) Uitgezondert.

FORE-ROOM, Een voorzaal, voor-
kamer.
FORE-RUNNER, Een voorlooper.
Shivering is the fore-runner of an

ague, Het béven is de voorbode van de koorts. St. John the baptift was our Saviour's fore runner, Johannes de Dooper, was de Voorlooper van onzen Zaligmaaker. A fore-runner of troubles, Een voorbode van verdriet. FORE-SAIL, een Fokkezeil. to FORE-SAY, Voorzeggen. to FORESEE, Voorzien.

To fore-fee things to come, Toekomende dingen voorzien. Fore-fcen, Voorzien, vooraf gezien. Fore-feeing, Voorziening, voorzien de.

Fore-feer, Voorziender.

to FORESHEW, Vooraf toonen.
to FORE-SHORTEN, (a term used
in painting) Verkorten.
Fore-fhortened, Verkort.
FORESIGHT, Voorziening, coor-
gezigt.

To have a fore-fight of fomething,
Een voorgezigt ergens van bel-

ben.

FORE-SKIN, De voorbuid. to FORE-SLACK, Vertraagen, flem

men.

to

to FORE-SLOW, Draalen, verbinderen.

to FORE-SPEAK, Beveelen, beleezen, betoveren. FORE-SPEECH, Een voorreeden,. voorgesprek.

to FORE-SPY, Vooraf befpieden, FOREST, Een bofch, woud. A fine foreft, Een fraai bofch. A forest of tall trees, Een bofch van booge boomen. Foreft-work, a fort of tapestrywork, Tapytwerk. to FORESTALL, Voor-inneemen, onderfcheppen, verraffen, vooropkoopen.

To forestall a market, De waaren die na de markt gevoerd worden onder wegen opkoopen. Fore-ftalled, Voor-opgekogt. Foreftaller, Een voorkooper.

A foreftaller of corn, een Opkooper van koorn. Foreftalling, Voorkoop, opkoop, Foreftallment, vooropkooping. FORESTER. zie Forrefter. FORE-TASTE, Een voorfmaak. to FORE-TASTE, Voorproeven.' Fore-tafted, Voorgeproeft, de voorproef gebad. Foretafter, Een voorproever. FORETEETH, De voorste tanden. to FORETELL, Voorzeggen, voorSpellen

Toe

To foretell things to come, komftige dingen voorzeggen. Foreteller, Een voorzegger, voorSpeller.

Foretelling, Voorzegging, voorspelling,- voorzeggende.

to FORE-THINK, Voor denken, vooraf bedenken.

FORE-THOUGHT, Vooraf bedacht.
FORETOKEN, Een voorteken.
FORETOLD, Voorzegd, voorzeid.
FORE-TOP, De voorkuif, voorfte
lokken.

The fore-top of a periwig, Het
front van een paruik.
Á woman's fore-top, Een toer van
baair. Valfche krullen.

the FORE-TOPMAST, De voor-
fteng.

the FORE-TOPSAIL, Het voor

marszeil.

the fore topfail lifts, De Toppenant van de voormarszeil-ree. the fore topgallant fail, Het voor - bramzeil.

the fore topgallant lifts, De Toppenant van de voorbramzeil ree.

FOREWARD, Voorwaards. to FORE-WARN, Vooraf waarfchouwen.

I fore warn you of it, Ik waarSchouw u van te vooren. To fore-warn one of his house, Iemand zyn buis verbieden. Forewarned, Vooraf gewaarschouwd. Fore-warning, Gewaarfchouwt. FORE-WELKED, Opgedroogt. FORE-WHEELS, De voorste wielen.

The fore-wheels of a coach, De voorwielen van een koets.

FORE-WIND, Voor de wind. FOR-FANG, Voorkoop, zie preemption.

FORFEIT, (or default) Defout.

Forfeit, (fine or penalty) Boete. Forfeit (a certain fum to be loft or paid by one of the parties that does not ftand to a bargain, or wager ) Verbeuring, boete.

[blocks in formation]

een

To forge or counterfeit a Will, Een Teftament namaaken, valfch Teftament maaken. Forged, Gefmeed.

Forged, Nagemaakt, verva lfcht. A forged tale, Een valfch verdichtfel.

Forger, Een fmeeder, verdichter, vervalfcber.

A forger of tales, Een uitvinder van Sprookies.

A forger of falfe deeds, Een maaker van valfche gefchriften, een valfche bandtékenaar. Forgery, Een verdichtfel, verçier fel.. to FORGET, Vergeeten.

To forget, (or to neglect ) one Iemand vergeeten, verzuimen. Forgetful, Vergeetelyk, vergeetachtig. Forgetfull, (or negligent) Vergeetachtig, achteloos.

He has matched his horfe to run with mine, or against mine, for five hundred pounds, and one hundred pounds forfeit, Hy beeft gewed om zyn paerdo tégen bet myne te laaten loopen, om vyf-bonderd pond, op verbeurte van bonderd ponden. To, pay the forfeit, De boete betaalen.

to FORFEIT, Verbeuren.

To forfeit one's farm, Een leen

verbeuren.

He forefeited his eftate, Hy verbeurde zyn goed.

To forfeit his word, Zyn woord niet bouden.

To forfeit one's judgement in a thing, In oordeel te kort fchieten in een zaak.

To forfeit one's credit, or one's life, Zyn aanzien, of xyn leeven verbeuren. Forfeitable, Verbeurelyk.

His eftate is forfeitable to the King, Zyne vafte goederen zyn verbeurhaar aan den Koning. Forfeited, Verbeurd.

His eftate is forfeited to the King, Zyne goederen zyn aan den Koning vervallen.

Forfeiting, Verbeuring, verbeurende. Forfeiture, Verbeuring, verbeurte. to FOREFEND, Verboeden.

Heaven forfend that, Godt verboede dat.

Pray be not forgetful of that bufinefs, Ik bidde vergeet die zaak niet.

Forgetfulness, Vergeetelykheid, vergeetachtigheid. Forgetting, Vergeeting,

tende.

vergee

Forgetter, Een vergeeter. FORGING, Smeeding, verdichting, vervalfching, fmeedende, verdichtende.

[ocr errors]

to FORGIVE, Vergeeven, quytfchelden.

To forgive one's enemies, Zyne
vyanden vergeeven.
Forgive me this fault, Vergeef my
deeze misflag.

To forgive one a debt, Iemand
een fchuld quytfcbelden.
To forgive, (or remit) Vergee-
ven, quytfchelden.

Pay me the principal, and I for-
give you the intereft, Betaal
my de boofdfom dan fcbelde ik us
de intre t quyt.
Forgive the Gods the reft, and
ftand confin'd, to health of bo-
dy, and content of mind,
(Dryden) Verzoek de Goden niet
anders als een gezond lichaam on
een gerust gemoed. For.

[merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small]

FORK, Een vork, gaffel.

The point of a fork, De punt van een vork, vorktant.

A pitch-fork, Een yzere vork. An oven-fork, Bakkers gloei yzer, kool-krabber, rakel-ftok.

A little fork, Een vorkje, gaffeltje.

A fire fork, Een vuurvork, tookyzer.

to FORK, Vorken.

Forked, Gevorkt, geboekt, puntig.
Two-forked, Tweepuntig.
Forkedly, Vorkswyze.
Forkedness, Gevorktheid.
FORLET, or (defperate, caft
FORLORN, down by fome

disappointment) Wanhoopig, neerslagtig door een mislukking. Forlorn, (or forfaken) Verlaa

ten.

The forlorn hope of an army, (foldiers that are put upon defperate fervice) De verlooren kinderen van een Léger. Soldaaten, die aan de fpitfe gefteld worden. FORM, (fashion, figure) Fatzoen, figuur, geftalte, formaat. Form, or manner) Manier, wyze.

To give a thing its form, Een
ding zyn geftalte geeven.
To take a new form, Een nieuwe
gedaante aanneemen.

A form of government, Een wy-
ze van regeeringe.

To do a thing in due form, Een zaak in behoorlyke order doen. For form fake, Uit welftaansbal

ven.

To fet a form, (in the art of printing) Een vorm zetten, in de drukkonft.

To take off a form, Een vorm

aftrekken, of breeken. to FORM, (or fashion) Vormen. t To form, (or frame) Doen,

maaken.

[blocks in formation]

Formalift, (a formal man) Een plecbtig Man, die vol Ceremoniën is. Formality, Gebruikelykheid, gezetbeid, vormelykheid. All the formalities of juftice were duly obferved, Alle de plech. tigbéden der Juftitie wierden beboorlyk in acht genoomen. To go through all the formalities, Door alle de plechtigheden been gaan.

Formality, (or ceremony) Plichtpléging.

Formality, (or affectation) Gemaaktheid.

The Major and Aldermen, in their formalities, De Burgermeefter en Schepenen in bunne plegtgewaaden.

Formally, Volgens 't gewoonlyk gebruik, op een gezette wyze..

He does things fo formally, Hy doet de dingen zo gemaakt. Formally, (or perfunctorily) Wel ftansbalven.

to FORMALIZE, Aanstoot neemen, zich belgen. Formation, Vormig. Formed, Gevormd, toegefteld, geformeerd. Former, Een vormer maaker, af

beelder, formeerder. FORMER, Voorige, voorgaande. Let us try to recover our former liberty, Laat ons de proef neemen, of wy onze voorige vryheid weer kunnen krygen. You will find it in the former chapter, Gy zult het in het voo rige boofdstuk vinden.

To remember one's former trespaffes, Zyn vorige overtredingen gedenken.

In former times, In voorige tyden.

Formerly, Voortyds, eertyds, ou
lings.
FORMIDABLE, Vreeslyk, fcbrik-
kelyk, ontzachlyk.

A formidable ariny, Een ont zach-
Lyk léger.

A formidable prince, Een machtig
vorst.

Formidableness, Ontzachelykbeid, macht.

Formidably, (or in a formidable manner) Op een ontzacbelyke

wyze.

FORMING, Geftaltgeeving, vorming, vormende. FORMLESS, Zonder gedaante, geftalteloos.

FORMOSE, Bevallig, fcboon.

Formofity, (or beauty) Schoon

beid. FORMOST, Voorste. FORMULARY, Een voorschrift, formulier. FORNICATION, Hoererye.

To commit fornication, Hoerery bedryven, boereeren. Fornicator, Een boereerder, boerejaager.

In FORO confcientiæ, (three words borrowed from the Latin, to fay in one's confcience,) In gemoede. FORNIX, Een boog, verwulft. FORRAGE, Voeder, voeraadje. to FORRAGE, Voederen, met voeder verzorgen, voerageeren.

For

[blocks in formation]

fertje.

Forfook, Verliet, van to forfake. FORSOOTH, yes forfooth, Waar

acbtig, in waarbeid, zéker. He would not do it, becaufe forfooth he thought it below him, Hy wilde het niet doen, om dat by kwanswys meende dat bet te laag voor bem was. A. In dit voorbeeld heeft het een kwaad-aardige zin, maar daar is een andere wyze op welke men zich daar van bedient, onder het gemeene volk, en dan is het een bewys van achting, als wanneer een Heer zyn knegt ondervraagt, en hy zegt, Tes for footb.

to FORSWEAR one's felf, Eenen valfcben eed doen, meyneedig zyn. I, DEEL.

He must be a wretched man that forfwears himself, Het moet een rampzalig man zyn, die zich zelf verzweert.

I'll forfwear it to him, Ik zal bem bet tegendeel zweeren. Thou shalt not forfwear thy felf, (Matth. v. 33.) Gy zult den eed niet breeken, gy zult geen valfchen eed doen.

To forfwear a thing, Zweeren dat iets zo niet is.

And as fhe was about to forfwear the thing, En zo als zy gereed ftond om te zweeren dat zy 'er niets van wift.

To forfwear, (or renounce) one's religion, Zyn Godsdienft af

[merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][ocr errors]
[blocks in formation]

To fortify one's mind against all temptations, Zyn gemoed tegen alle aanvechtingen wapenen. Fortified, Versterkt. befchanft,vaftgemaakt.

Fortifier, Een veftingbouwer, verferker. Fortifying, Versterking, befchanfing, versterkende. FORTITUDE, Dapperbeid. FORTLET, Een schansje. FORTNIGHT, Veertiendagen. This day fortnight or a fortnight hence, Van daag over veertien dagen. This day fortnight, or a fortnight fince, Héden over veertien dagen, of veertien dagen geleden. A. Fortnight, zegt men in plaats van veertien nagten;betékenende, in de gemeene zin, twee wecken.

FORTOP, zie Fore top. FORTRESS, Een sterkte, flot, vesting.

A impregnable fortrefs, Een onwinbaare of ondoordringbaare vesting. FORTUITOUS, Toevallig, by ge

val.

Fortuitously, Toevallig lyk.
FORTUNATE, Gelukkig.
He is a fortunate man, Het is een
gelukkig man.

The fortunate Islands, now cal-
led the Canaries, De gelukkige,
nu de Kanarische Eilanden.
To be less fortunate than defer-

ving, Minder gelukkig, of ongelukkiger zyn als men verdient. Fortunately, Gelukkiglyk. Fortunatenefs, Gelukkigbeid, voorSpoedigheid.

FORTUNE, (an heathenish goddefs) 't Fortuin. *Fortune favours fools,

* De

gekken krygen de kaart. By fortune, By geval, luk raak. The weel of fortune, Het rad

[blocks in formation]
« FöregåendeFortsätt »