INCARNADINE, Een boogroode God incarnate, God menfch ge- A devil incarnate, Een gevleefcb te duivel. INCARNATION, Vleefcbmaaking, bevleefching, een vleefcbmaa. kende zalf. The incarnation of Chrift, Christus menfcbwording. INCARNATION, (a deep, red, or bright carnation colour) Inkarnaat, een schoone heldere roode kleur. The mistety of the incarnation, is incomprehenfible, De verborgendbeid der menfchwording is onbegrypelyk. INCASTELLED, (or narrow-heeled) als; An incaftelled horfe, Een paerd dat te fmal van boef, eng van biel is. That horfe begins to incaftel, Dat paerd begint fmal van boef te INCAVATED, Uitgebold, böl ge- 4 An incendiary, Een ftookebrand, oproermaaker, twist-flooker. INCENSE, Wierook, reukwerk. The incenfe grows in Arab, De wierook groeit in Arabië. To cense with incenie, Bewie- to INCENSE, Opbitfen, vertoor nen, tergen. Incensed, Ontfleken,vertoornd. Incenfory, Een reukvat, wierook vat. an INCENTIVE, Een aanprikkeling, A powerfull incentive to luft, + INCEPTION, Een begin, een İNCERATED, Met wasch bedekt. twyffelagtigheid. The incertitude of the hour of uure des doods. They work inceffantly at it, Zy * Give him an inch, and he'll ta- * An inch breaks no fquares, Een beuzeling breekt geen koop: To fell a thing by inch of can- I won't bate an inch on 't, Ik He is noble every inch of him, Hy is édel in allen deele. to To inch, (or fhove) out, Uit- To inch out, to measure by ten. God does not inch out his bles- To inchain a dog, Een bond aan Bbb to INCHANT, Betoveren, bezwee ren. That woman is handfome and medy, Een betoverend muziek, Inchantingly, Toverachtig, op een to bezweer fter, duivel-jaagster, bex, köl. INCHASE, In goud zetten, met goud beflaan, in zilver beflaan. To inchafe relicks in gold, Overblyfzelen (reliquiën) met goud beflaan. To inchase a diamond, a ruby, Inchafing, Inzetting, beflag, Mistakes are incident to man. It was a very remarkable incident, Het was een zeer merkwaardig voorval. This play is full of beautiful in. cidents, Dit fpël is vol schoone gevallen, veranderingen. Incidently, Incidentally, Toevalliglyk. . INCINERATION, Tot afch-wording, ver-afsching. to to INCIRCLE, In een kring beflui- | INCLINABLE, Geneigd. Incircled, Becirkeld, in een kring beçirkeling, becirkelende. INCISION, Infnyding, opening. To make an incifion, Met een vlym openen, eene opening maaken. INCISURE, Een opening, infnyding. Incitation, Aanporring, zie Inciting. to INCITE, Aanperren, aanprikkelen, noopen, aanspooren, opbitfen. Good examples incite to virtue, He incited him to animofity The devil incites people to wic kednefs, De duivel port de menfcben tot goddeloosheid aan. Incited, Aangepord, aangeprikkeld, genoopt, opgebitft. Incitement, Aanprikkeling, aanperring, opbitfing, opbitfende. INCITER, Een aanprikkelaar, opbitfer. Inciting, Aanporring, rende. aanpor INCIVIL, Onbeleefd, ongeschikt, onmanierlyk, onbeufcb, onbur gerlyk. We met there with a very uncivil treatment, Wy wierden daar zeer onbeleefd behandeld. Incivility, Onbeleefdheid, ongefcbiktbeid, onmanierlykbeid. This is indeed a great incivility, Dit is inderdaad eene groote onbeleefdbeid. Incivily, Onbeleefdelyk, onbeufcblyk. INCLE, Enkel, zie Inkle. Incle (or tape) Gaaren, lint. INCLEMENCY, Ongoedertierenbeid, ftrengbeid. He fuffered much of the inclemency of the weather, Hy leed zeer veel door de ftrengbeid van 't weer. To foften the inclemency of the law, De geftrengheid der wetten verzagten. He must fear any thing from their inclemency, Hy heeft van bun onbarmbartigbeid alles te vreezen. We are all inclinable (or incli ned) to evil, Wy zyn alle tot bet kwaade geneigd. INCLINATION, Neiging, geneigd beid, genégenbeid, trek, zucht. Of one's own inclination, Uit zyn eige beweeging. He has a strong inclination for wi- Inclination, Minnaares. in. to INCLINE, Neigen, bellen, genégen zyn. His opinion inclines that way, ooren. This colour inclines to yellow, Deeze koleur trekt na den geelen. The weather inclines to fair, Het begint mooi weer te worden. Inclined, Genégen, geneigd, gebeld. Victory inclined fometimes to one fide, and fometimes to ano. ther, De overwinning belde fomtyds naar de eene en fomtyds naar de andere kant over. To inclofe a letter, Een brief influiten. To inclose a piece of ground, Een stuk lands rondom affcbut ten. That box incloses, (or contains) many precious things, Die doos to INCLUDE, Influiten, bevatten The first Chapter of the Epiftle to the Romans, from the fifth to the tenth vers inclufive, Het eerfte Kapittel van den brief aan de Romeinen, van bet vyfde tot bet tiende vers ingeflooten. Inclufively, Influitelyk. INCOAGULABLE, Onftrembaar, dat niet gestremd of verdikt kan worden. An incoagulable liquor, Een onftrembaare vocht. INCOGITANCY, Onbedachtbeid, anbezonnenbeid, onbedachtzaambeid. A man of great incogitancy An incoherent fpeech, Een ré What you fay now is incoherent with what you faid before, Het geene gy nu zegt komt niet overeen met het geene gy te voOren gezegd beht. INCOLUMITY, Veiligbeid, ge. vaarloosheid. INCOMBUSTIBLE, Onverbrand lyk, onverbrandbaar. Iron is an incombustible fubftance, Het yzer is eene onverbrandbaare zelfstandigheid. Incombustibleness, Onverbrandbaar. beid. INCOME, Inkomfte. He has great incomes, Hy beeft groote inkomften. INCOMMENSURABLE, (a term of geometry) Onafmeetelyk. Incommenfurablenefs, Onafmeetelykbeid, onmeetbaarbeid. to INCOMMODATE, Ongeryf aandoen, beleedigen, benadeelen. I hope I won't incommodate you, Ik hoop niet dat ik u ongelegenbeid zal aandoen. to INCOMMODE, Ongelégenbeid aandoen, ontryven, verongemakken. Incommoded, Ongelégenbeid aangedaan, ontryfd. Incommodious, Ongemakkelyk, ongeryflyk, flommerachtig. The ftage-coaches, in Holland, are very incommodious, De Poftwagens in Holland zyn zeer ongemakkelyk. Incommodiously, Op een ongemakkelyke wyze. I was feated there very incommodiously, Ik was daar op een zeer ongemakkelyke wyze geplaatft, ik zat daar zeer ongemakkelyk. Incommodity, Ongemak, ongeryf, beflommering. Her husband's feeing fo much company, is a great incommodity to her, Dat baaren Man zo veel gezelfchap ziet, is een groote beflommering voor baar. INCOMMUNICABLE, Onmédedeelbaar. The incommunicable attributes of God, De onmededeelbaare eigenfchappen van God. Incommunicably, Onmededeelbaarlyk. INCOMPACT, Niet digt faamengevoegt. INCOMPARABLE, Onvergelykelyk, gaadeloos. An incomparable beauty, Een onvergelykelyke fchoonbeid. This is an incomparable (or matchlefs) jewel, Dit is een gadeloos juweel. Incomparably, Onvergelykelyk, zonder vergelyking. to INCOMPASS, Omringen, omsingelen. ting, In bet jaagen een bofcbje Incongruous, Ongevoeglyk, wanvoeglyk, wanfebikkelyk, wan bebbelyk. omcingelen, bezetten. Incompaffed, Omringd, omcingeld. Incompaffing, Omringing, omcingeling, omringende. INCOMPASSIONATE, Onmédoogend, médoogenloos, zonder médelyden, onméwaarig. What an incompaflionate mind is that! Wat een onmédedoogend gemoed is dat! INCOMPATIBLE, Onverdraagbaar, onduldelyk, oninfchikkelyk, on overeenkomende. Incompatiblity, Onbeftaanbaarbeid, on overeenkomstigheid. INCOMPENSABLE, Onvergeld baar. INCOMPETENCY, Onbevoegdbeid, onbekwaambeid. I plead incompetency for those judges to decide my cause, Ik verklaar deeze Rechters onbevoegd om myn zaak te befliffen. Incompetent, Onbevoegd, onbekwaam. INCOMPETIBLE, Onvoeglyk, onvoegzaam. Virtue is incompetible with cruelty, De deugd is onbeftaanbaar met wreedheid. Incompetiblity, Onvoeglykheid, onvoegzaambeid. INCOMPLETE, Onvolkomen. INCOMPLIANCE, Oninfcbikkelykbeid. Incompliance of humour, Oninfcbikkelykbeid van bumeur. INCOMPOSED, Onordentlyk, wanfcbikkelyk, ongeschikt. Incompofure, Wanorde, verwarring. Incompofedness, Ongefchiktheid. Incompofedly, Ongefchiktelyk. INCOMPREHENSIBLE, Önbegrypelyk, onbevattelyk. Incomprehenfibleness, Onbegrypelykbeid, onbevattelykbeid. INCOMPRESSIBLE, Onbekwaam om te faamen gedrukt te worden. INCONCEIVABLE, OnbegrypeLyk. INCONCINNITY, Mismaaktbeid, onbekwaamheid, onvoeglykbeid. INCONGEALABLE, Önbevries baar. INCONGRUITY Ongevoeglykbeid, wanbebbelykheid, wan voeglykbeid. An incongruity of fpeech, Wan- An incongruous expreffion, Een ongefchikte uitdrukking. It is very incongruous for a man that dedicates himfelf to letters, Het is zeer wanvoeglyk voor een Man die zich zelf aan de Studie overgeeft. Incongruously, Ongefchiktelyk, wanvoeglyk. INCONNEXION, On-aan-een-geSchakeldbeid. INCONSEQUENCY, Krachteloosbeid van redenkaveling, een zénuwloos befluit. Inconfequent, Krachteloos, niet ter zaake. INCONSIDERABLE, Onaanmer kelyk, gering, flecht, van weinig belang. He is an inconfiderable fellow, Het is een knaap van zeer weinig belang, daar is niet veel aan bem gelégen. Inconfiderancy, zie Inconfideranefs. INCONSIDERATE, Onbedacht, onbezonnen, roekeloos. Inconfiderately, Onbedachtelyk, roekelooslyk. He undertakes every thing inconfiderately, Hy onderneemt alles roekeloos, of onbedachtelyk. Inconfiderateness Inconfideratenefs, Onbedachtbeid, onbezonnenheid. INCONSISTENCY, (or inconfif tence) Onbeftaanlykbeid. An inconfiftency upon the point of chronology, Eene dwaaling, misflag in de tydreekening. INCONSISTENT, Onbeftaanlyk onovereenkomende. This is inconfiftent with God's It is utterly inconfiftent with the Hy corporate, Een vlek dat ftads, Incouragement, Aanmoediging, INCORPORATE, Inlyven, tot Incouraging, ten. Nothing inconftant, but incon-Incorrectly, Gebrekkig, fordig. ftancy, Daar is niets ftandvastig; Incorrectnefs, Onnaauwkeurigbeid, als de onftandvastigheid. achteloosheid. Inconftant, Onftandvastig, onbestendig; wijpeltuurig. Inconftantly, Onbeftendiglyk, wifpeltuuriglyk. INCONTESTABLE, Onbetwiste lyk. This is an incontestable truth, Dit is eene onbetwistbaare waarbeid. The gold's being the heaviest of metals is inconteftable, Dat goud bet zwaarste metaal is, is ontégenzeggelyk. Inconteftableness, Onbetwistbaarbeid. The inconteftableness of the cau fe, confift in this, De onbetwiftbaarbeid van de zaak bestaat bier in. INCONTINENCY, Ontucht, toomeloosheid, geilbeid. Incontinent, Ontuchtig, geil. Incontinently, Ontuchtiglyk, op ftaande voet. INCONVENIENCE, Ongelégenbeid, ongeryf, ongemak. To walk four times a day fuch a long way, is a great inconviniency for me, Het is zeer ongelégen voor my, viermaal op eenen dag zulk een grooten weg te gaan. Inconvenienced, Belemmerd, ont ryfd. Inconvenient, Ongelégen, ongemaklyk, ongeryflyk, ongevoeglyk. It was a very inconvenient time, 't Was een zeer ongelégen tyd. Inconveniently, Ongevoeglyk, t'ontyde. INCONVERSIBLE, Onverkeerbaar, daar niet mee om te gaan is, ongezellig. INCONVERTIBLE, Onomkeerlyk, onbekeerlyk, onbekeerbaar. INCORPORATE, als, A town in Incorrectness of ftyle, Onnaauwkeurigheid van ftyl. INCORRIGIBLE, Ontucbtigbaar, onverbeterlyk, daar geen verbe teren aan is. INCORRUPT, Onbedurven, ongefebonden. Incorruptible, Onverderflyk, onomkooplyk. Incorruptibleness, Onfcbendbaar beid. Incorruptibly, Op eene onfcbendbaa re wyze. INCOUNTER, Een fryd, aanval, gevecht. to It was a very fharp incounter, Het was een zeer scherp gevecht. A good opportunity for an incounter, Een goede gelegenheid tot een gevecht. Incounter, Ontmoeting. It was an accidental incounter, Het was een toevallige ontmoeting. Incounter, (or carnal copulation) Vleefcbelyke gemeenschap. INCOUNTER, Beftryden, bevechten, aanvallen. To incounter, (or to meet) moeten. ondersteuning, enz. Incouragement, (or incentive) trokken is. INCOURAGER, Aanmoediger. He is a great incourager of lear ning, Hy is een groot voorftander der geleerdbeid. He is the encourager of perfe cution, Hy is de aanstooker der vervolging. to INCRASSATE, Dik maaken, verdikken. INCRASSATED, Verdikt. INCREASE, Aanwas, toeneeming, vermeerdering, 't gewas. An increase of family, Een vermeerdering van Huisgenooten, of van kinderen. to An increase of taxes, Een vermeerdering van belastingen. The increafe of trade, Het toeneemen van den koopbandel. The increase of the year, Den oogft. The increase of cattle, De voort- Increased, Aangegroeid, vermeerderd. Zyn goederen zyn merkelyk ver- Increaser, Een vermeerderaar, vergrooter. Ont-Increafing, Toeneeming, vermeerdering, toeneemende. INCREDIBLE, Ongelooflyk. Incredibleness, Ongelooflykheid. Incredibly, Op een ongelooflyke wy Incountered, Beftreeden, bevochten, ontmoet. Incountering, Bestryding, bevechting, bestrydende. to INCOURAGE, Aanmoedigen, moed in Spreeken. To incourage (or to countenance) Ondersteunen, begunfti To incroach upon one's kindnefs, Iemands goedbeid misbruiken. Incroached, Ingedrongen, ingeboord. Incroacher, Een indringer, inboorder. Incroaching, Indringing, inpalming, indringende. INCROACHINGNESS, Geneigt beid om in te dringen. Incroachment, Indragt, indringing. + INCRUENTOUS, Onbloedig. to INCRUSTATE, Overtrekken, beleggen. To incruftate a tomb with marmer, Een graftombe met marmer bekleeden. Incrustated, Overtrokken, belegd. Incrustation, Overtrekking, belegging. to INCRUST, Bekorften, inkor. ften. Incrufted, Tot een barde korft gemaakt. Incruiting, Inkorfting. INCUBATION, Broeding op eije INCULPABLE, Onfchuldig, onStraffelyk. INCUMBENT, Beruftende, vereijcht. It is a duty incumbent upon every one to fear God, God te vreezen is een plicht die op een iegeLyk beruft. The bufines is incumbent upon me alone, De zaak beruft op my alleen. It is incumbent upon all men, 't Is van alle menfchen vereifcbt. an INCUMBENT, (of a Living) Een bezitter van een kerkelyke prove, een Parochiaan, Predikant van eenige plaats. to INCUMBER, Beflommeren, verbinderen, belemmeren, bekomme ren. Incumbrance, Verbindering, beflommering, belemmering. Incumbrancer, (a Creditor or Incumbrancer upon an estate) Een fchuld-eifcher, uit hoofde van onderpand. Incumbred, Beflommerd, verbinderd, To incurr a mischief, Zich aan Incurred, In vervallen, verbeurd. Incurring, Vervalling, vervallende. INCURSION, Inval, aanval, ftroop. In the year 1756, the glorious King of Pruffia, made an incurfion in Saxony, In het jaar 1756, deed de glorieryke Ko ning van Pruiffen, eenen inval in Saxen. INCURVATION, Inbuiging, kromming. INCUS, Een fmids ambeeld. To indanger his life, Zyn leeven in perykel ftellen. Indangered, In perykel gefteld. That would have indanger'd (or caus'd) a tumult, Dat zou gevaar geloopen bebben van een oproer te veroorzaaken. to INDEAR, Bemind maaken. A genteel and civil carriage will indear you to all, Een vriendelyk en beleefd gedrag zal uby een iegelyk bemind maaken. Indeared, Bemind gemaakt. His integrity hath indeared him to all that know him, Door zyne oprechtheid beeft by zich by een ieder die bem kent bemind gemaakt; zyne oprechtheid beeft bem in de gunft van alle zyne bekenden gebragt. Indearment, (or indearing) Eer aanvallige boedanigheid, minzaambeid. INDEAVOUR, Trachting, pooging, vlyt, naarftigheid, zie Endea vour. to INDEAVOUR, Zich bevlytigen, trachten, poogen. To do one's indeavour, Zyn best beft om dat te doen. He indeavours all what he can to undo me, Hy stelt al wat by kan in 't werk om myn verderf te weeg te brengen. Indeavouring, Trachting, trach tende, enz. INDEBTED, Schuldig, in fcbuld vervallen. To be indebted, Schuldig zyn. one for a thing, Iemand ergens voor verplicht zyn, te dan ken hebben. INDECENCY, Onbetaamelykbeid, onbeboorlykheid. Indecent, Onbetaamelyk, onbehoor Lyk. Indecently, Op eene onbetaamelyke wyze, onbehoorlyk. INDECIMABLE, Onvertiendbaar, vry van tienden. INDECLINABLE, Onontwykelyk, onvermydelyk, onbuigelyk. INDECORUM, Wanvoegelykbeid. Indecorous, Wanvoeglyk, onbe taamelyk. INDEED, Inderdaad, in waarbeid zéker. And indeed, En zéker. Bbb 3 He |